Recensies boeken

Op de vlakte der slangen. Een roadtrip door Mexico

4 september 2020

Auteur: Frank Bron

Reisliteratuur van Paul Theroux

Paul Theroux (1941) schrijft met Op de vlakte der slangen. Een roadtrip door Mexico feitelijk het boek dat hij gelezen had moeten hebben voordat hij naar Mexico afreisde. De Amerikaanse schrijver heeft zich goed ingelezen in de oude literatuur over het land, zoals On the road van Jack Kerouac uit 1957 of Life in Mexico van Fanny Erskine Inglis uit (jazeker!) 1843. Recente ontwikkelingen als de bloedige excessen in de wrede drugsoorlog zijn echter grotendeels aan hem voorbij gegaan. Aan de andere kant geeft Theroux toe dat hij in 2017 wat overhaast vertrekt omdat hij gewoon weg wil. Hij verveelt zich en voelt zich steeds meer een overbodige, genegeerde oude man van 76. Zijn reis door Mexico is tegelijkertijd een zoektocht naar zichzelf en eenmaal onderweg klaart zijn humeur snel op.

Als verslag van een roadtrip, de ondertitel van het boek, is het erg geslaagd. Geen wonder, dat is Theroux’ specialiteit. Kern van een roadtrip is dat er geen vast reisschema is en dat je reageert op datgene dat je tegenkomt. Al op bladzijde 36 verrast Theroux de lezer door na vier en een halve dag rijden níet bij Harlingen, Texas de grens over te gaan maar juist door te rijden naar Californië, en vandaar langs de 3.326 kilometer lange grens terug naar Texas te rijden. Vanuit verschillende grensplaatsen gaat hij dan voor korte tijd te voet de grens over of spreekt in de Verenigde Staten met Mexicanen. Hij realiseert zich namelijk dat hij toch wel erg weinig weet van het grote land ten zuiden van de Rio Grande, die daar Rio Bravo heet. Via korte bezoekjes van enkele uren of dagen, waarbij hem opvallend weinig in de weg gelegd wordt, vormt hij zich een beeld van het land waar hij een boek over wil schrijven.

Mening van lokale Zapoteken

De andere naam voor dezelfde rivier is lang niet het enige onderscheid tussen beide oevers. De rijkdom langs de Rio Grande steekt schril af tegen de armoede langs de Rio Bravo, ingedutte stadjes aan de noordoever tegenover hectiek en dynamiek aan de zuidkant. Welvaart tegenover sfeer, saaiheid tegenover doodseskaders, shopping malls tegenover medisch toerisme. En natuurlijk, daar waar men tot zeker 1994 de grens van beide kanten nog vrij gemakkelijk kon passeren, zijn er de laatste jaren steeds meer belemmeringen opgeworpen, met name om van zuid naar noord te gaan. Niet dat dat mensen tegen houdt, smokkelaars zijn gewoon meer gaan vragen voor hun diensten: Mexicanen, Chinezen, Nigerianen en anderen betalen tot wel 70.000 dollar per persoon om ‘naar de overkant’ gebracht te worden. Drugs (naar het noorden) en wapens (naar het zuiden) worden evenmin door het grenshek of strenge douaniers tegengehouden.

Toch leer je als lezer veel over de grensstreek en haar bewoners. Theroux heeft geen haast, spreekt met iedereen en weet een mooi beeld van de verwevenheid van de levens aan beide kanten van de grens te schetsen. Jammer is wel dat hij de rest van het boek blijft zoeken naar relaties met de VS. In het noorden is dat misschien logisch, maar bijvoorbeeld in Oaxaca zou de mening van de lokale Zapoteken of Mixteken over andere Mexicanen wellicht ook interessant zijn geweest.

Onvolledig beeld

Boeiend is dat de gevolgen van de industrialisering langs de grensstreek pas echt gaan leven dankzij de analyses van de Zapatistas in Chiapas aan het eind van het boek, samengevat als ‘de globalisering van de uitbuiting’ waarbij enkelen winnen maar de meeste mensen gemarginaliseerd worden – in Chiapas, langs de noordgrens en elders.

Tegelijkertijd is Mexico natuurlijk “een wereld, te veel mundo om volledig te kunnen doorgronden”. Dus wat Theroux ook opgeschreven zou hebben, het zou altijd een onvolledig beeld gegeven hebben van dit gigantische land met een oppervlakte van vijftig keer Nederland met bijna 130 miljoen inwoners en waar bovendien niet minder dan 62 erkende inheemse talen gesproken worden.

Oude gringo

Wel schetst het boek de armoede in het land waar de dertig rijksten samen meer geld hebben “dan alle andere Mexicanen bij elkaar”. Velen “verdienen minder en zijn armer dan hun tegenhangers in Bangladesh en Kenia, en teren weg in een sfeer van apathische melancholie”. Daarnaast krijg je als lezer al snel een beklemmend beeld van het aanhoudende, onvoorstelbaar wrede geweld, onlosmakelijk verbonden met de (drugs)economie en met het (wan)bestuur in het land bijvoorbeeld door een opmerking als: “De politie doodde op zijn minst dertien mensen met een schot in de rug (…), martelde twee gedetineerden en verbrandde één man levend, waarna met de plaats delict werd geknoeid”. Er is altijd sprake “van een onderstroom van criminaliteit, zelfs in de welvarende plaatsen”.

Zelf trekt Theroux als ‘oude gringo’ (zijn eigen woorden) in zijn auto met Amerikaanse kentekenplaten regelmatig de aandacht van corrupte en dreigende politieagenten. Als zo’n schuimbekkende agent schreeuwt: “Sabes qué te puedo hacer?” (weet je wat ik met je kan doen?) wordt hij toch bang. De eerste keer graait een agent Theroux’ portemonnee leeg, maar is wel bereid daar op verzoek doodleuk een ontvangstbewijs voor op te stellen. “Mexico is een surrealistisch land”, beaamt de hoteleigenaar aan wie hij het verhaal later vertelt.

Mexico profundo

Tussen alle gesprekken en beslommeringen door weet Theroux enorm te genieten van het verrukkelijke eten, van de vriendschappen die hij sluit en van andere prettige verrassingen onderweg. Zo staat hij in Mexico-Stad ongevraagd voor een klas van 24 studenten voor een schrijftaller (workshop). De diepgaande gesprekken met hen, de nieuwe vriendschappen, de gezamenlijke maaltijden – Theroux heeft zijn “bestemming gevonden. Ik ben tevreden”.

Hoe tevreden ook, Theroux constateert dat hij geen reiziger meer is, maar het leven leidt van een gemakzuchtige chilango (inwoner van Mexico-Stad). Daarom stapt hij weer in zijn auto en vertrekt hij richting Oaxaca, op zoek naar ‘zijn’ Mexico: het México profundo, het diepe Mexico, het inheemse, armoedige, stoffige, bergachtige platteland.

Wat is Mexico?

México Profundo vs. México moderno – wat is meer Mexico: de min of meer originele dorpen in Oaxaca of Mexico Stad, waar zo’n twintig procent van alle Mexicanen woont? Theroux waardeert het inheemse, het exotische Mexico maar het land is ook grotendeels een moderne, stedelijke samenleving die er in de Vlakte der slangen enigszins bekaaid vanaf komt.

Met name voelt hij zich thuis bij de Zapatistas in Chiapas omdat ze “zich verzetten tegen alles wat negatief en destructief was aan het leven in Mexico. (…) Het was geen terug-naar-de-natuurbeweging, geen gewelddadige omwenteling, maar een herinnering aan wat Mexico nodig had: een voorbeeld voor het hele land, en voor de wereld, van wat verzet en de verdediging van mensenrechten vermochten.”

“We zijn ezeldrijvers”

Na deze opbeurende ervaringen kan Theroux tevreden de lange terugreis aanvaarden. Hij heeft een van de mooiste sensaties van het reizen meegemaakt in Mexico: “het vreugdevolle gevoel dat je aankomt, het gevoel dat je onder vrienden bent.” Ondanks alle historische spanningen tussen Mexicanen en Noord-Amerikanen, de anti-Mexicaanse retoriek van president Trump, alle weerzinwekkende geweld in het land, de geïnstitutionaliseerde corruptie en de armoede heeft hij Mexico in zijn hart gesloten: “We zijn ezeldrijvers en gaan allemaal dezelfde weg.”

Het geheel is vloeiend vertaald door Auke Leistra, op enkele slordigheden met name in het begin na: zo is ‘kaas’ in het Spaans een mannelijk zelfstandig naamwoord (queso) en betekent ‘cabrón’ inderdaad grote geit, maar is ‘klootzak’ normaal gesproken een betere vertaling hoewel het ook ‘coole gast’ kan betekenen. Afgezien van dit soort details is Op de vlakte der slangen een feest der herkenning voor hen die Mexico al kennen, en een aanrader voor degene die het land achter de sombreros of de stranden van Cancún wil leren kennen.

Paul Theroux, Op de vlakte der slangen – een roadtrip door Mexico, Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2020, ISBN 9789045035512, 461 pagina’s, € 32,99, vertaling Auke Leistra

Gerelateerde berichten

In augustus zien we elkaar

In augustus zien we elkaar

Er is de laatste maanden nogal wat gesproken en geschreven over In augustus zien we elkaar, het postume werk van Gabriel García Márquez (1927-2014) of ‘Gabo’, zoals de Colombianen hem het liefst noemen. En dan gaat het maar zelden over de inhoud van deze novelle, maar vooral over het besluit om de ongepubliceerde tekst uiteindelijk toch als een sfinx uit de as te laten verrijzen.

Lees meer
De wilde vaart. Op zoek naar de veerkracht van Suriname

De wilde vaart. Op zoek naar de veerkracht van Suriname

Het plantageproject waar je spaargeld in zit gaat failliet, de boot waarmee je toeristentrips uitvoert zinkt. Wat doe je dan? Van de nood een deugd maken, dat is de aanpak van de Surinaams-Nederlandse Tessa Leuwsha (1967) en haar Surinaamse partner Sirano Zalman. Samen varen ze het binnenland in met een oude garnalenboot, het avontuur tegemoet. Hun ervaringen tekent Leuwsha op in De wilde vaart. Op zoek naar de veerkracht van Suriname.

Lees meer
Jaguar

Jaguar

In zijn debuutroman Jaguar vertelt de Colombiaanse schrijver Santiago Wills de bloedige recente geschiedenis van zijn land aan de hand van het levensverhaal van de paramilitaire commandant Martín Pardo en zijn half tamme jaguar Ronco.

Lees meer
agsdix-null

Politiek & Maatschappij

agsdix-null

Kunst & Cultuur

agsdix-null

Vrije tijd & Toerisme

agsdix-null

Economie & Ondernemen

agsdix-null

Milieu en Natuur

agsdix-null

Onderzoek & Wetenschap

Blijf op de hoogte

Adverteren op onze website?

Dat kan! Tegen een scherp tarief plaatsen wij uw advertentie.

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf u in en ontvang onze digitale nieuwsbrief met een overzicht van onze nieuwe artikelen.

Volg ons op social media

Wees als eerste op de hoogte van nieuwe artikelen en deel artikelen met uw netwerk.

Share This