De Chileense Paulina Flores (1988) opent sterk met het titelverhaal in haar bejubelde debuutbundel Een beschamende vertoning. Het is 1996 en een vader loopt met zijn dochtertjes Simona (9) en Pía (6) door een bloedhete stad, op zoek naar werk. Het is hoogzomer en hij is net ontslagen. Thuis heeft hij voornamelijk ruzie met zijn dominante vrouw. Het is een breekbaar verhaal, vooral door de meisjes die de volwassen wereld van hun ouders en bijbehorende problemen proberen te begrijpen. Ook de innerlijke wereld van de teleurgestelde vader in zijn besef tekort te schieten, als echtgenoot maar vooral als vader, komt goed naar voren. En mooi hoe Flores de kinderwereld onder woorden brengt. Voor dit verhaal won Flores de prestigieuze Premio Roberto Bolaño.
‘Teresa’ en ‘Lucky me’ zijn van een heel ander slag, waarbij observeren centraal staat. Een vrouw genaamd Claudia, die vroeger Teresa heette, observeert een man met een kind bij de bibliotheek. Waarom, is onduidelijk. Het is een vreemd verhaal, maar intrigeert. We ‘luisteren mee’ in het hoofd van Claudia: “Kinderen liegen niet, maar het zijn de volwassenen die worden geloofd.” Lucky me is het langste verhaal, waarbij een vrouw een vrijend stel in een aansluitende kamer begluurt. In het appartementencomplex is weinig privacy en de lezer krijgt een mix voorgeschoteld van voyeurisme, nostalgie naar een voorbij leven en aparte dialogen.
‘Talcahuano’ roept het gevoel op van je kindertijd, toen de zomers nog oneindig waren. Hoofdpersoon is Pancho, een dertienjarige jongen die opgroeit in de volksbuurt Santa Julia in het stadje Talcahuano. Hij vermaakt zich prima met zijn schoolvrienden met kattenkwaad uithalen en een meesterplan uitbroeden om muziekinstrumenten te jatten uit de kerk. Zijn ouders hebben ruzie en dat lijkt een dramatische wending te krijgen, de toekomst is onzeker.
Verlies van onschuld
In ‘Freddy vergeten’ en ‘Tante Nara’ staan jonge vrouwen centraal die door een moeilijke periode van hun leven gaan. Omdat ze verlaten zijn door hun lief, of omdat ze een problematische relatie hebben met hun moeder, die ook niet de makkelijkste is. “Ik ben zo verdrietig dat ik een dagboek zou kunnen beginnen.” Het zijn een beetje deprimerende verhalen en hoewel aardig geschreven, niet heel onderhoudend. Ook nu is er weer een vader die zijn baan heeft verloren.
Het verleden is een rode draad in de verhalen van de bundel, waarin menig hoofdpersoon terugblikt. Bijvoorbeeld in ‘Het Amerikaanse gevoel’, waarin de ik-persoon afspreekt af met een oud-collega en een verleden oprakelt dat minder prettig is. Of in ‘Laatste vakantie’ waarin de jongen Nico terugkijkt op zijn kindertijd. Hij groeit op in een arm, gebroken gezin, zijn vader zit in de gevangenis. Hierin lezen we mooie zinnen als “‘Sereniteit’, net als andere termen van gelijke strekking, was een witregel in het woordenboek van mijn leven.” en “We deelden die intimiteit die, neem ik aan, een geschenk van de armoede is.”
Beschamende vertoning (als Qué vergüenza in 2015 in het Spaans verschenen) is een vlotlezende, intrigerende bundel, een prima debuut. Thema’s als eenzaamheid, frustratie, liefde en volwassen worden en het daarmee gepaard gaande verlies van onschuld passeren de revue, voornamelijk bij mensen in de middenklasse en daar nog onder. In een volgende bundel of roman hoop ik wat meer variatie te zien in de uitwerking van zulke thema’s, want nu zijn het wel veel vrouwen in crisistoestand, gescheiden ouders en werkloze vaders. Dat Flores kan schrijven, is duidelijk. Subtiel komen hier en daar het dictatoriale verleden van Chili en verschillen tussen arm en rijk naar boven. Haar hoofdpersonages, die vaak zoekend en onzeker in het leven staan, zijn interessant genoeg. Kortom, ik ben benieuwd naar het volgende boek.
Paulina Flores, Een beschamende vertoning, Atlas Contact, Amsterdam, 2018, ISBN 9789025450496, 262 pag., €13,95, vertaling: Peter Valken