Deze week is het honderd dagen geleden, om precies te zijn op 15 maart jongstleden, dat in Peru de noodtoestand werd afgekondigd en het land in quarantaine ging om het covid-19 virus in bedwang te houden. De regering heeft aangekondigd dat de lockdown op 30 juni beëindigd zal worden. Na honderd dagen maken de Peruanen de balans op. Hoewel Peru er snel bij was en als een van de eerste landen in Latijns-Amerika helemaal op slot ging, is het aantal besmettingen (meer dan 257.000) hoog en zijn er zeker 8.000 mensen aan het virus overleden. Hebben alle beperkende maatregelen effect gehad?
Hierover verschillen de meningen. Volgens Marco Almerí, expert in volksgezondheid, heeft de lockdown juist een toename van het aantal besmettingen tot gevolg gehad. “De quarantaine, tenminste zoals wij die hier gehad hebben, heeft bijgedragen aan een stijgend aantal besmettingen en doden. Het heeft het land praktisch kapot gemaakt. De quarantaine is niet goed uitgevoerd. Want het is medisch gezien een heel effectief middel, maar het heeft ons een sanitaire en economische ramp bezorgd”, zegt Almerí in La República. Hij heeft grote twijfels bij de bewering van het ministerie van Volksgezondheid dat door de quarantaine 900.000 besmettingen en 100.000 doden voorkomen zijn. “Hoe kunnen ze zeggen dat het zonder maatregelen nog veel erger geweest zou zijn? Erger dan wat? Wij zijn een van de zwaarst getroffen landen in Zuid-Amerika. Veel van de maatregelen bestonden alleen op papier en werden helemaal niet nageleefd.”
Ciro Maguiña, vice-decaan van het medisch college en professor aan de universiteit Cayetano Heredia, vindt juist het tegenovergestelde en is van mening dat de sociale isolatie heeft voorkomen dat de zaak uit de hand liep, met name in bepaalde regio’s van het land. “Wat zou er van het land geworden zijn als we niet in quarantaine gegaan waren? Het was een ramp geworden… Als we geen maatregelen hadden genomen was het een totale chaos geworden”, zegt hij in La República. “In het noorden van de Amazone heeft de quarantaine niet gewerkt, daar is het gezondheidssysteem ingestort. In het centrum van het land, in Lima, een brandhaard van de epidemie, was een tekort aan zuurstofapparaten en had men te maken met verouderde ziekenhuizen.” Maguiña vindt wel dat de overheid zich teveel alleen richtte op de ziekenhuizen, en te weinig aandacht had voor wat er in de wijken en gemeenschappen gebeurde.
Een organisatie die oog had en heeft voor wat zich buiten de ziekenhuizen afspeelt is Movimiento Manuela Ramos. Deze voorvechter van gendergelijkheid en vrouwenrechten heeft nauwgezet bijgehouden hoeveel slachtoffers van geweld er de afgelopen honderd dagen zijn geweest. Op hun Facebook-pagina tonen ze het trieste resultaat: 23 vrouwen zijn vermoord, 350 minderjarigen zijn seksueel misbruikt, 557 vrouwen zijn verdwenen, en meer dan een half miljoen vrouwen hebben de hulplijn gebeld om gendergeweld te melden.