Mexico en de Verenigde Staten zijn in de laatste week van oktober toch tot overeenstemming gekomen om water uit de Conchos rivier in Chihuahua, beschikbaar te stellen voor boeren in de Verenigde Staten. Dit ondanks, dat Mexicaanse boeren zeggen dat ze het water zelf nodig hebben.
Boeren uit de buurt gebruikten vorige maand geweld bij protesten bij de La Boquilla dam in de Conchos, ruim 200 kilometer van de grens verwijderd, tegen de export van water naar het buitenland. In een van de droogste jaren in decennia, zeggen de boeren geen druppel te kunnen missen.
Mexico is echter gebonden aan een bilateraal verdrag met de VS uit 1944 dat beide landen dwingt hun watervoorraden langs de grens, die door woestijnachtig gebied loopt, te delen. Bij het optreden van de Nationale Garde tegen de protesten, waarbij honderden boeren de dam blokkeerden, werd een vrouw doodgeschoten. Dit nadat de VS geklaagd hadden dat Mexico haar deel van het verdrag niet nakwam en bijna een jaar achter liep met het leveren van water aan de noorderbuur.
De Mexicaanse Nationale Garde sprak van een ‘ongelukkig incident’, maar president López Obrador erkende dat claim van de VS terecht is en dat het water geleverd moet worden. “Als wij water nodig hebben voor menselijke consumptie dan helpen ze ons, en ook als wij te maken hebben met een grote droogte”, aldus de president die de regering van de VS bedankte “voor haar begrip en solidariteit”.
Mexicaanse boeren in Chihuahua gebruiken momenteel 71 procent van het water van de Conchos, terwijl ze volgens voornoemd verdrag maar recht hebben op 62 procent. De verwachte regen die het water achter de dam weer zou aanvullen, waarmee Mexico haar waterverplichtingen jegens de VS zou kunnen voldoen, bleef dit jaar echter uit.