Gisteren is in Rio de Janeiro op 88-jarige leeftijd de legendarische bossanova-zanger en -gitarist João Gilberto overleden. Hij wordt gezien als de grondlegger van de muziekstijl, die samba en jazz met elkaar combineert.
Een van zijn bekendste nummers is Garota de Ipanema (in het Engels bekend als The girl from Ipanema), dat hij begin jaren 60 zong met zijn toenmalige vrouw Astrud Gilberto – die voorheen nooit serieus gezongen had. Het nummer was geschreven door Tom Jobim, met wie Gilberto veel samenwerkte.
Gilberto schreef zelf ook veel nummers, waaronder de bossanova-klassiekers Bim-Bom (dat wordt gezien als het eerste bossanova-nummer) en Ho-Ba-La-La. Zijn relaxte, jazzy muziek werd al snel populair in de VS, waar bekende jazzmuzikanten als Herbie Mann, Charlie Byrd en Stan Getz met Gilberto wilden samenwerken.
De Braziliaan woonde van 1962 tot 1969 in de VS, verhuisde daarna voor twee jaar naar Mexico, en toen weer naar de VS. In 1980 keerde hij terug naar zijn geboorteland, waar hij een teruggetrokken bestaan leidde. Heel af en toe trad hij nog op.
Gilberto stond bekend als eigenzinnig en gaf zelden interviews. Hij was bovendien een perfectionist. Als de geluidskwaliteit bij een optreden hem niet beviel, liep hij soms weg. Dat deed hij ook weleens als het publiek hem te veel afleidde.
Zijn dochter Bebel Gilberto (1966) is ook een bekende bossanova-ster. Haar moeder was de Braziliaanse zangeres Miúcha, die in 1965 met João Gilberto trouwde.