In verschillende Mexicaanse steden zijn enorme demonstraties gehouden tegen wat volgens demonstranten regeringspogingen zijn om de verkiezingsautoriteiten te ondermijnen. De grootste was in Mexico-Stad, waar volgens de organisatoren 500.000 mensen op het belangrijkste plein van de stad samenkwamen. De lokale overheid schatte het aantal op 90.000.
Parlementariërs stemden vorige week ermee in om het budget van het Nationale Electorale Instituut (INE) te verlagen en het personeelsbestand te verminderen. President Andrés Manuel López Obrador beschuldigt de INE ervan partijdig te zijn. Maar tegenstanders beschrijven de recente stemming als een aanval op de democratie zelf, en dringen er bij het Hooggerechtshof op aan ze ongrondwettelijk te verklaren.
Afgelopen zondag verzamelde zich een enorme menigte op het historische Zocalo (het grote plein) in Mexico-Stad. De demonstranten trokken naar aangrenzende straten in het stadscentrum. “We vechten om onze democratie te verdedigen”, zei demonstrant Veronica Echevarria tegen Reuters. Veel demonstranten hadden kaartjes bij zich met slogans zoals: “Mi voto no se toca” (Van mijn stem blijf je af). In verschillende andere steden werden kleinere vreedzame demonstraties gehouden.
De duizenden aanwezigen vroegen zich af of het waar is dat de regering van Andrés Manuel López Obrador hun electorale geloofsbrieven zal afnemen, of dat het land op weg is naar een dictatuur. De Mexicaanse krant La Prensa schrijft: “De meesten zeggen dat ze kwamen omdat López Obrador ons naar een dictatuur leidt. Op de vraag naar de reden voor deze perceptie antwoorden de meesten dat ze het op sociale netwerken hebben gezien.”
De Mexicaanse Senaat keurde de hervormingen vorige week woensdag goed, na een gelijkluidende stemming in de lagere kamer van het parlement. De hervormingen worden van kracht zodra ze zijn ondertekend door president López Obrador. Volgnes correspondent van de BBC, Will Grant, is het op dit moment misschien wel de meest polemische politieke kwestie in Mexico.
López Obrador, die in juli 2018 werd gekozen na twee eerdere mislukte pogingen, is al lang kritisch over de INE, wiens personeel toezicht houdt op de verkiezingen. Vorige maand beschuldigde hij het onafhankelijke orgaan van bedrog en zei dat het personeel een oogje dichtknijpt voor “het volstoppen van stembussen, het vervalsen van [verkiezings]gegevens en het kopen van stemmen”.
Bij zijn eerste poging om president te worden, in 2006, verloor hij met minder dan een procentpunt van zijn conservatieve rivaal Felipe Calderón. Maandenlang weigerde López Obrador het resultaat te erkennen, dat hij aan de kaak stelde als frauduleus. Hij daagde ook de uitslag van de verkiezingen van 2012 uit, toen hij verloor van Enrique Peña Nieto. Sinds zijn overwinning in 2018 dringt hij aan op een hervorming van de INE, die volgens hem de belastingbetaler jaarlijks 150 miljoen dollar zal besparen door het personeelsbestand van het bureau drastisch te verminderen.
