Dit jaar al 2.439 Haïtianen door geweld om het leven gekomen
Het geweld blijft toenemen in Haïti. En terwijl het geweld zich tot voor kort concentreerde in en rond de hoofdstad Port-au-Prince, breidt het zich nu uit naar omliggende regio’s, zoals de Artibonite, een landbouwgebied ten noorden van Port-au-Prince. De facto premier Ariel Henry dringt aan op ingrijpen door de Verenigde Naties. Veel Haïtianen zien in de passieve houding van de regering tegenover het geweld boze opzet. Henry heeft er baat bij, wanneer de situatie onhoudbaar wordt. De bevolking is het slachtoffer.
Het begin deze week gepubliceerde rapport van Human Rights Watch over Haïti haalde ook de Nederlandse media. De beschrijving en cijfers liegen er dan ook niet om. Sinds januari zijn meer dan 2.000 mensen omgekomen door geweld, niet alleen bendeleden zijn het slachtoffer, maar ook onschuldige burgers. Ruim duizend Haïtianen werden ontvoerd, terwijl gangs seksueel geweld gebruiken om de bevolking te terroriseren en hun macht te tonen. De gevechten om controle in de wijken gaan vaak gepaard met het in brand steken van huizen, en dwingen de buurtbewoners te vluchten. Tenminste 10.000 mensen zijn zo vluchteling in eigen land geworden.
De afgelopen dagen is het geweld alleen maar verder geëscaleerd. In de dichtbevolkte wijk Carrefour-Feuilles, niet ver van het centrum van de hoofdstad Port-au-Prince, kwamen 54 mensen om het leven bij gevechten tussen bendeleden. Ook in andere delen van de stad wordt de situatie onhoudbaar. Mensen durven hun huis niet meer te verlaten of vluchten naar vrienden of familie in andere wijken.
Concentreerde het geweld zich tot voor kort in en rond Port-au-Prince, de afgelopen weken spreidt het zich als een inktvlek uit naar andere delen, zoals de vruchtbare regio Artibonite. Het gevolg is dat de boeren hun land niet meer kunnen bewerken, waarmee de toch al precaire voedselvoorziening in het land verder verslechtert.
Ondertussen komt er vanuit de regering geen enkele reactie op het toenemende geweld. Volgens commentaren in de Haïtiaanse media is dit bewust beleid van de facto premier Ariel Henry, om op deze manier de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties verder onder druk te zetten en een resolutie aan te nemen waarbij een interventiemacht kan worden ingezet. “Niemand begrijpt de passiviteit van de staat, die niets doet en geen enkele hulp biedt aan de bevolking. Ook de houding van de zogenaamde ‘internationale gemeenschap’ begrijpen we niet: het buitenland blijft de regering onvoorwaardelijk steunen. We zijn bevreesd voor een genocide in Haïti. Meer dan een denkt dat deze regering zou moet worden aangeklaagd voor misdaden tegen de menselijkheid”, schrijft een Haïtiaanse vriendin.