Het hiernamaals van Doña Lisa en Sierlijke golven krullen van plezier zijn twee totaal verschillende werken, maar hebben Curaçao en de liefde voor het eiland als gemene deler. Het eerste werk is de debuutroman van Eric de Brabander (1953). Het tweede werk is een dichtbundel van Walter Palm (1951), een Curaçaose dichter met een behoorlijke staat van dienst.
De Brabander vertelt het verhaal van drie boezemvrienden, mannen op leeftijd. Tandarts Boyo Raven, Kai en JonJon, die in een rolstoel zit. Het verhaal speelt tegen de achtergrond van 30 mei 1969, een van de roerigste perioden uit de geschiedenis van Curaçao. Contractarbeiders in dienst van de Shellraffinaderij staakten voor een beter loon. De acties ontaardden in rellen en de halve stad stond in lichterlaaie. Nederlandse mariniers herstelden de orde met harde hand. Boyo´s tandartsenpraktijk brandt af, maar verder is dit historische moment marignaal aanwezig in het verhaal. Centrale thema´s van de roman zijn ouderdom, vriendschap en vergankelijkheid. De drie vrienden gaan per boot naar Venezuela om een nieuwe boot te kopen, Curaçao achterlatend in smeulende puinhopen. Onderweg overpeinzen de mannen het leven.
De dichtbundel van Palm is van een andere orde, opgedeeld in drie delen. In deel I staan de elementen die het eiland haar schoonheid geven, maar tevens bruut geselen, centraal: de meedogenloos brandende zon, de verkoelende noordoostpassaat en hier en daar een verfrissende regenbui. De gedichten van het tweede deel zijn gesitueerd in Den Haag, woonplaats van de auteur en dragen een hoog gehalte heimwee in zich. Het laatste deel is zeer zwaar van thematiek: de dood. Pagina na pagina wordt dit grote thema van de literatuur aangehaald en doet de lezer de bundel dichtslaan in mineurstemming. Dat is jammer.
Het aardige van De Brabanders werk is dat het Curaçao in een grotere, Zuid-Amerikaanse context plaatst. In Nederland bestaat nogal eens de neiging om het eiland af te doen als geïsoleerd en in zichzelf gekeerd. Niets is minder waar. Op een steenworp afstand ligt Venezuela. Vele latino´s bevolken de Antillen. Qua schrijfstijl is de roman onderhoudend, hoewel de auteur soms ingaat op de geschiedenis van Venezuela, zonder dat dit in het geheel van het verhaal past en het er dus een beetje bijhangt. De sfeer die De Brabander neer weet te zetten, is wel treffend.
Palm is afkomstig uit een artistieke familie (grootvader was een bekend componist). Zijn taalgebruik is helder en direct en nu en dan schuilt er ongekende schoonheid in zijn dichtregels. Een andere dichtbundel met net zo´n prachtige titel is Met lege handen ging ik slapen, met een gedicht werd ik wakker. Grappig detail is dat Palm een deel van zijn werk online gratis ter beschikking stelt (www.walterpalm.com). Naar eigen zeggen hoopt hij zo ook de jeugd te bereiken.
Uitgeverij Indeknipscheer staat bekend om zijn Antilliaanse fonds en zet deze twee werken dushi Korsou, zoals de eilandbewoners het zelf plegen te noemen, in het zonnetje.
Eric de Brabander, Het hiernamaals van Doña Lisa, Uitgeverij Indeknipscheer, Haarlem, 2009, ISBN 9789062656439, €16,90
Walter Palm, Sierlijke golven krullen van plezier, Uitgeverij Indeknipscheer, Haarlem, 2009, ISBN 9789062656448, 60 pag., €15,00