Emma Reyes vertelt over haar ongelooflijke maar waargebeurde jeugd
Stel je voor: je groeit op in het centrum van Bogotá in totale armoede in een kamer zonder ramen, geen stromend water of toilet. Je bent bovendien in de steek gelaten door je moeder en belandt uiteindelijk in een klooster. Voor Emma Reyes (1919 – 2003) en haar twee jaar oudere zus Helena was dit werkelijkheid. Haar ervaringen legde ze als volwassen vrouw vast in Het boek van Emma.
Iedereen behalve zijzelf beslist over het leven van Emma en haar zus. Hun vroege, ongewone jeugd in de jaren twintig van de vorige eeuw is een aaneenschakeling van ondervoeding, verwaarlozing, armoede en mishandeling. Reyes was dus al vroeg wijs: “In zo’n omgeving weet je bij geboorte al wat honger, kou en dood betekenen”.
Niet duidelijk is wie de ouders van de meisjes zijn. Ze zijn onder de hoede van María, een jonge en gelovige vrouw, die vreselijk streng is. Recensenten menen dat of vragen zich af of Maria de moeder is. De zusjes moeten hard werken, zijn voortdurend bang, Maria slaat hen om het minste of geringste. “Ik geef jullie weg!” krijgen de meisjes dreigend te horen. ‘s Zondags worden de kinderen van 12 uur ’s middags tot ’s avonds laat thuis alleen opgesloten, dan gaat Maria op pad.
Ontluikende borsten
Op een dag laat María Emma en Helena achter op een treinstation. Een aantal nonnen ontfermt zich over hen. Het klooster, waar de meisjes uiteindelijk vijftien jaar zullen blijven, blijkt geen verlossing maar een voortzetting van een toch al ellendig leven. De hardvochtige nonnen voeren een ijzeren regime, zonder mededogen met de 150 meisjes die in het klooster zitten. Onderling zijn er pesterijen, roddels en machtsspelletjes, dus dat is ook geen veilige omgeving.
Het is zwaar, lange werkdagen van wel 10 uur zijn gewoon. Praten is verboden, hardop bidden mag wel. Straf is schering en inslag, soms zelfs een maand in stille afzondering. Naast de strikte dagorde met strenge discipline leren de meisjes vooral kuisheid, religie en routine. Verder leren ze schoolvakken als rekenen, geschiedenis en taal. Geen overbodige luxe, want meeste meisjes zijn analfabeet.
De meisjes worden in religie ondergedompeld, maar begrijpen weinig van de preken van de priester. Ze moeten vooral bidden om vergiffenis voor hun zonden, wat die ook mogen zijn. “Maar wat zou ‘zonde’ betekenen? En de duivel dan, die zondige meisjes meenam, wie zou die duivel zijn?”, vraagt Emma zich af. Emma en haar zus krijgen geen eerlijke kans. En daar zit de pijn, want zoals de pastoor zich afvraagt: zijn deze meisjes wel gedoopt? “Om non te kunnen worden moet je een vader en een moeder hebben en er zeker van zijn dat je in een christelijk gezin bent geboren” en “De zusters weten niet of we van God of de duivel zijn”. De zonde ligt op de loer, ongesteld worden en ontluikende borsten zijn taboe.
Analfabeet
Emma en haar zus maken traumatische gebeurtenissen mee die een mens voor het leven tekenen. Toch blikt Reyes niet verbitterd of met zelfmedelijden terug. Ondanks alles kan ze toch jong zijn, bijvoorbeeld als ze beschrijft hoe ze met de kinderen uit de buurt samen spelen of een keer chocolademelk drinken. Het zijn spaarzame momenten van geluk. Hoewel María een harde, bij vlagen gemene vrouw is, velt Reyes geen hard oordeel over haar. Wel zien we een vrouw in een tijd waar afhankelijkheid van de man regel was. Naast dader is María ook slachtoffer.
Hoewel Emma haar hart uitstort bij een heiligenbeeld, biedt het geloof haar weinig hoop of houvast: “Ik hield niet zo veel van deze heilige als van de andere, omdat hij eruitzag alsof hij altijd haast had, en met een heilige die er altijd vandoor wil, kan je niet rustig bidden of praten.” Toch is Het boek van Emma niet antireligieus, maar wel kritisch over een liefdeloos systeem met harteloze vrouwen.
Ondanks alles
Het boek van Emma is een eerlijke en delicate memoir. Knap geschreven, zeker voor iemand die tot in haar tienerjaren praktisch als analfabeet opgroeide. Het boek bestaat uit 23 brieven, gericht aan een vriend, Germán Arciniegas, Colombiaans historicus en criticus. Hij stimuleerde Reyes om haar levensverhaal op te tekenen. Eind jaren zestig van de vorige eeuw deed ze dat in vele brieven. Vandaar dat de originele titel Memoria por correspondencia luidt. Voor geïnteresseerden staan achter in het boek fotokopieën van de originele brieven. Het was niet haar bedoeling om ze te publiceren, maar ze werden uiteindelijk gebundeld en uitgegeven in 2012, lang na haar dood.
Na haar ontsnapping uit het klooster belandde Reyes na omzwervingen in Parijs, waar ze kunst studeerde en onderdeel werd van de culturele elite van kunstenaars en denkers als Jean-Paul Sartre, Frida Kahlo, Diego Rivera en Fernando Botero. De wereld waarin ze toen vertoefde kon niet sterker verschillen van de wereld waarin ze opgroeide. Zelf is ze een tamelijk succesvolle schilderes geworden. In het nawoord wordt er wat achtergrond gegeven, maar dat had uitgebreider gemogen, bijvoorbeeld over Reyes’ leven als volwassene. Dat was juist ook interessant geweest, gezien haar uitzichtloze jeugd. Maar waarschijnlijk is dat een compleet boek op zichzelf. Haar jeugd is ook verfilmd in de televisieserie La huella de la infancia.
Emma Reyes vertelt zonder sentimenteel te worden gedetailleerd over haar bijzondere levensloop. Ze laat zien dat je het leven niet alleen hoeft te ondergaan, maar dat je er ook bovenop kan komen, ondanks alles.
Emma Reyes, Het boek van Emma, Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam, 2018, ISBN 9789029092395, 224 pag., €18,99, vertaling: Irene van de Mheen
Lees ook onze recensie van Een oneindig land van Patricia Engel