Een spannende thriller van Jeroen Windmeijer over de geheimen van Paaseiland
Schipper Cor van Oostenbrugge vaart met zijn lange boomkorkotter op de deining van de zee, tot hij een vreemd voorwerp opvist. Zijn bemanningsleden zijn huiverig over de vondst, maar de schipper neemt het toch mee. Jaren later zou het object tijdens graafwerkzaamheden opgegraven worden uit een tuin in Ouddorp. Het bleek om een authentiek beeldje uit Paaseiland te gaan. Hoe kwam het in Zeeland terecht, is de grote vraag? Hebben zendelingen in de 19de eeuw het uit Paaseiland als ‘souvenir’ meegenomen? Of was het een gift aan Jacob Roggeveen, de Middelburger die in 1772 tegen Paaseiland stuitte tijdens een ontdekkingstocht?
De thriller De Stenen Goden van de Nederlandse auteur Jeroen Windmeijer (Delft, 1969) speelt zich af op een van de meest mysterieuze plekken ter wereld: Paaseiland. Gekenmerkt als een van de meest afgelegen plekken op aarde – gelegen op bijna vierduizend kilometer van het Zuid-Amerikaanse continent – heeft het eiland een bijzondere band met Middelburg. Toen Jacob Roggeveen op Eerste Paaszondag als (voor zover bekend) eerste Europese ontdekkingsreiziger het eiland aantrof, gaf het de naam Paasch-Eyland.
Ecologische waarschuwing
Anthoni Eskens studeert antropologie in Middelburg en onderzoekt op Paaseiland de religieuze symboliek van de Paaseilandbeelden, de zogenaamde moai. Maar hij is vooral geïnteresseerd in de vraag waarom de beeldencultuur plotseling ten einde kwam. Tegelijkertijd werkt Monique Fierloos van het Zeeuws Museum in Middelburg aan een tentoonstelling over Paaseiland. Een van de grote pijlers van de expositie is Paaseiland als ecologische waarschuwing voor klimaatverandering voor de planeet: het ultieme voorbeeld van een beschaving die zichzelf te gronde richtte door ontbossing. De Paaseilanders zouden hun bomen opgeofferd hebben om te voldoen aan de aanhoudende behoefte aan nieuwe beelden.
Via Monique en Anthoni laat Windmeijer zien dat dit een van de hardnekkigste mythes over Paaseiland is. Monique komt tijdens het opzetten van de tentoonstelling er achter dat haar beeld van Paaseiland gedrenkt is in stereotypisch denken. Onderwerpen zoals culturele toe-eigening, roofkunst, kolonialisme, slavernij en de huidige ongelijkheid in de wereld komen allemaal aan bod, kwesties waar musea veelal mee te maken hebben. Tegelijkertijd zien we via Anthoni de mening van de inwoners van Paaseiland. En ook andere hardnekkige mythes zoals interne conflicten, wapens en kannibalisme worden behandeld, belicht vanuit verschillende kanten. Met Marisa, een Paaseilandster, voert Anthoni uitgebreide gesprekken hierover: “Ik zal je het echte verhaal vertellen. En dan begin ik het beste bij jouw eigen Jacob Roggeveen, die op 5 april 1722 Rapa Nui in het vizier kreeg. Als je zijn verslag leest, dan ontdek je dat hij de Paaseilanders beschrijft als sympathiek. Volgens hem zagen ze er vitaal uit, met hun gespierde lijven en sneeuwwitte tanden…Ze bedelden niet om voedsel, maar boden Roggeveen en zijn mannen juist eten aan vanuit hun eigen overvloed. Het land omschreef hij als ‘uitmuntend vruchtbaar’. Hij spreekt zelfs van een ‘aards paradijs’. Nergens vermeldt hij omgevallen beelden, wapens of kannibalisme.”
Ongefilterde informatie
En een van de leukste elementen in De Stenen Goden zijn de logboeken van Jacob Roggeveen over zijn dagen op Paaseiland. Het biedt de lezer ongefilterde informatie uit die tijd. Het toont de botsing in denken en beleving tussen Roggeveen, zijn bemanningsleden en de eilandbewoners.
“Nadat de verbazing en de schrik van de inwoners een beetje waren bedaard, toen zij zagen dat wij verder geen tekenen van vijandschap lieten zien, en wij hen door tekenen te kennen hadden gegeven dat de gedoden ons met stenen hadden bedreigd, kwamen de inwoners, die al die tijd om en nabij het front waren geweest, weer bij de opperhoofden, en voornamelijk eentje, die, zo het ons toescheen, het gezag over de anderen voerde.”
Typisch Windmeijer
De Stenen Goden maakt deel uit van de Zuid-Amerika-trilogie van Windmeijer. Net als bij De Offers en De Genesissleutel zal de lezer veel leren over de locatie waarin het verhaal zich afspeelt. Dit is voor De Stenen Goden heel knap gedaan, omdat Windmeijer door Covid-19 niet naar Paaseiland kon afreizen voor onderzoek. En toch zal de lezer het eiland goed leren kennen, dankzij de beeldende en levendige beschrijvingen en verhalen. Aan alles is te zien dat Windmeijer – gepromoveerd als cultureel antropoloog – diep in het onderwerp is gedoken: kennis over het eiland, de mythes, de wetenschappelijke conclusies en de ethische dilemma’s van musea wereldwijd. Daarnaast is het boek ook nog spannend en zal het de thrillerliefhebber zeker niet teleurstellen, vooral waar het gaat om het oplossen van mysteries uit zowel Zeeland en Paaseiland. De Stenen Goden is een typische Windmeijer: een boek met veel lagen, dat lezer zal vermaken, prikkelen én motiveren om meer te willen weten over het onderwerp. En het mooiste van alles: het brengt het verre Paaseiland op voortreffelijke wijze dichtbij.