De Venezolaanse dictator Nicolás Maduro kon dit jaar niet wachten tot december en heeft per decreet het kerstfeest vervroegd. In zijn eigen tv-programma zei hij: “Het is september, maar het ruikt al naar Kerstmis. En daarom ga ik dit jaar, als eerbetoon aan u, mijn landgenoten, uit dankbaarheid aan u, de vervroeging van Kerstmis afkondigen! Kerstmis begint! Kerstmis is aangebroken met vrede, geluk en veiligheid!”
Aan vrede, veiligheid en zeker geluk ontbreekt het in ieder geval in het huidige Venezuela: een dag voor de aankondiging van de nieuwe kerstdatum, zat het hele land nog urenlang in het donker, omdat de elektriciteit was uitgevallen. Ongeveer een kwart van de bevolking is inmiddels het land ontvlucht, lamgeslagen door het staatsterrorisme van het regime of door de schrijnende armoede en het gebrek aan alles.
Het Venezolaanse regime zit in het nauw na de fraudeleuze verkiezingen van juli en probeert wanhopig de steun van de bevolking voor de verkiezingsfarce te krijgen. Traditioneel delen handlangers van het regime met kerstmis voedselhulp uit onder de inwoners van de arme wijken van de steden. Het land heeft al jaren te maken met een diepe economische crisis en veel mensen wachten elk jaar met smacht op de kerstpakketten met varkenshammen.
Kerstpakketten om de honger te stillen, het moet niet veel gekker worden. Maar het kan altijd gekker in het huidige Venezuela en het regime van Maduro haalt alles uit de kast om de macht te behouden, tegen de wil van zeventig procent van de Venezolanen die op 28 juli tegen de dictatuur stemde. Al moeten daarvoor de kerstdagen worden vervroegd.
Ondertussen verkeert het land in een complete chaos en neemt de onderdrukking steeds extremere vormen aan. De oppositiekandidaat Edmundo González moest onderduiken en ondertussen is ook een arrestatiebevel tegen hem uitgevaardigd. Tijdens de protesten tegen de verkiezingsfraude zijn al 27 doden gevallen en duizenden mensen gearresteerd. Terwijl de steun van de bevolking voor het chavisme vermindert, ook in de arme wijken van de steden, neemt de repressie toe.
Op internationaal gebied komt de Venezolaanse dictator steeds meer alleen te staan en uitsluitend de gebruikelijke bondgenoten – Rusland, China, Iran en Nicaragua – erkennen zijn verkiezing. De meeste andere landen veroordelen de verkiezingsfraude en eisen op z’n minst dat het regime de verkiezingsakten laat zien vóór ze Maduro erkennen als nieuw staatshoofd. De regering van de Verenigde Staten heeft oppositiekandidaat González al als president erkend.
In Colombia was er op de dag na de verkiezingen in Venezuela een oorverdovende stilte. President Gustavo Petro, een goede vriend van Maduro en zijn voorganger Hugo Chávez, is er normaal gesproken als eerste bij om zijn mening over de internationale politiek uit te schreeuwen via zijn favoriete communicatiekanaal X, maar na 28 juli bleef het dagenlang stil. Geen kritiek op het frauduleuze verloop van de verkiezingen, geen kritiek op het geweld van de politie, het leger en de paramilitaire troepen tegen mensen die de straat op gingen om te protesteren.
Na lang stilzwijgen kwam hij dagen later uiteindelijk met een halfbakken compromis voor de dag: hij vond dat de twee partijen maar moesten gaan onderhandelen en stelde ook nog voor om de verkiezingen gewoon nog een keertje over te doen, misschien dat het dan wel goed gaat. Nog steeds geen woord over de vermoorde demonstranten op straat, geen enkel woord over de opzichtelijke fraude die alle internationale ngo’s – waarvan Petro normaal gesproken een groot fan is – hebben geconstateerd.
En ondertussen hoopt de Colombiaanse president maar dat de tijd verstrijkt, dat de wereld Venezuela vergeet en alles weer terug gaat naar normaal. Dat wil zeggen: dat Maduro aan de macht blijft en hij zelf gewoon weer zaken kan doen met het Venezolaanse regime.
Stiekem heeft Petro wel bewondering voor de dictatuur van Maduro, en vooral voor dat van diens voorganger Hugo Chávez die beloofde het land te hervormen, in eerste instantie via democratische kanalen, maar toen dat niet lukte, met bedrog en de harde hand van de overheid.
En dat wil Petro zelf ook wel in Colombia. Hij kwam aan de macht met de belofte van ingrijpende veranderingen, de hele economie moet weer in handen komen van de staat. Maar daarvoor weet hij niet voldoende steun te krijgen in het Congres, niet in de laatste plaats omdat de meeste van die veranderingen helemaal geen verbeteringen zijn. Het staatssocialisme heeft nooit de welvaart en het geluk gebracht die het beloofde, en toch wil Petro het nog eens proberen.
Gustavo Petro is een voormalig guerrillero die er jarenlang van droomde om de maatschappij gewapenderhand te hervormen, maar na het mislukken van de revolutie heeft hij amnestie gekregen en mocht hij meedoen met de Colombiaanse democratie. En met succes, want zijn populistische slogans vonden weerklank onder de bevolking en vooral op de sociale netwerken van (met name jonge) Colombianen die waarschijnlijk geen idee hebben wat staatssocialisme precies inhoudt.
Door de dictatuur van Maduro zo openlijk te steunen, heeft Gustavo Petro, ten overstaan van de wereld, nu definitief zijn democratische masker afgelegd.