Op vrijdag 14 juni is in Brazilië het toernooi om de Copa América begonnen, het oudste voetbaltoernooi ter wereld. Het werd in 1916 voor de eerste keer georganiseerd, in Argentinië. Dit jaar wordt in Brazilië de 46ste editie gehouden, met twaalf ploegen. Een van de deelnemers is uiteraard het nationale elftal van Colombia, dat in groep B zit, samen met Argentinië, Paraguay en Qatar, een van de twee landen buiten Zuid-Amerika die traditioneel door de CONMEBOL worden uitgenodigd om mee te doen.
In Colombia maakt iedereen alweer zogenaamde pollas, informele weddenschappen onder familieleden, op het werk, onder vrienden. Het is voor de aardigheid, maar meestal wordt er ook geld ingezet, en krijgt de winnaar de opbrengst van ‘de pot’. De legendarische doelman van het Colombiaanse elftal, René Higuita, beroemd vanwege z’n spectaculaire manier van keepen, z’n vriendschap met wijlen Pablo Escobar en ook vanwege z’n opvallende en uitbundige haardos, waagde zich aan een weddenschap. In een interview voor de Colombiaanse televisie zei hij: “Als de nationale selectie kampioen wordt, dan laat ik m’n haar knippen, dat is mijn inzet.”
Higuita, die tegenwoordig keepertrainer is van de Colombiaanse voetbalclub Atlético Nacional, deed zelf vier keer mee aan de Copa América: in 1987, 1989, 1991 en in 1999. Hij stond erom bekend graag mee te voetballen met de rest van de spelers en z’n doel tijdelijk onbemand te laten – alleen op doel staan vond hij wat saai. Hij was ook een vrije-trappenspecialist en pikte daarom regelmatig zelf een goaltje mee, maar hij is als keeper onsterfelijk geworden door het uitvoeren van de zogenaamde ‘schorpioen’, een acrobatische actie waarbij hij de bal met de hakken van z’n voeten achter z’n rug weer terug het veld in trapt.
Higuita was ook keeper van het Atlético Nacional, de club uit Medellín die precies dertig jaar geleden voor het eerst als Colombiaanse club de Copa Libertadores wist te winnen, de belangrijkste trofee van Zuid-Amerika, te vergelijken met de Champions League of de vroegere Europa Cup 1.
De finale van de Libertadores wordt over twee wedstrijden gespeeld. De tegenstander in 1989 was Olimpia uit Paraguay. De tweede en beslissende wedstrijd vond op 31 mei plaats en eindigde in een 2-0 overwinning en omdat Nacional de eerste wedstrijd met dezelfde cijfers had verloren, moesten penalty’s de beslissing brengen. Bij de penalty-serie werd René Higuita de grote held door maar liefst vier penalty’s te stoppen, waardoor de serie tot de negende serie gelijk op ging. Uiteindelijk schoot Leonel Álvarez de laatste en achttiende penalty raak.
Colombia werd voor het eerst, en tot nu de enige keer, kampioen van de Copa América in 2001, aan de hand van de legendarische coach Francisco Maturana. Een dag vóór dat het toernooi zou begonnen, trok Argentinië zich terug omdat spelers en bestuurders de situatie in Colombia te onveilig vonden. De Argentijnse selectie werd vervangen door Honduras, dat op het laatste moment een ploeg op de been bracht en dat in een vliegtuig van de strijdkrachten naar Colombia werd gevlogen. De selectie uit Honduras deed het wonderwel: ze wonnen in de kwartfinale van favoriet Brazilië en werden pas in de halve finale uitgeschakeld door Colombia.
Op zondag 7 juli vindt de finale plaats in het beroemde Estadio de Maracaná in Rio de Janeiro, misschien met Colombia als een van de finalisten. Dan zullen we ook weten of Higuita nog kan genieten van z’n haardos of de komende tijd kaal door het leven zal moeten…