Het verhaal van Tanja Nijmeijer is méér is dan alleen een macaber sprookje van een ontspoorde idealiste, die misschien de verkeerde keuzes maakte maar wel aardige krantenkoppen weet te scoren. Want inmiddels heeft ze een politieke rol gekregen. Daarom durf ik het aan om de kwestie opnieuw op te rakelen, al vragen sommige landgenoten, na mijn harde verhaal in de
NRC van afgelopen zaterdag (‘Ook Tanja heeft bloed aan haar handen’) zich af of ik iets persoonlijks tegen haar heb.
Ik denk dat de grootste krant van Colombia, El Tiempo, de zaak in goed perspectief zet in hun artikel ‘De donkere kant van Tanja’. Uit boodschappen die door de militaire intelligentiediensten zijn onderschept, blijken perfect de bedoelingen die ‘het Secretariaat’ (het politbureau van de FARC) met Tanja Nijmeijer had.
Op 28 december 2009 schrijft Mono Jojoy, militair leider van de FARC die in 2010 bij een bombardement van het leger omkwam, over Nijmeijer: “Zij is geschikt voor onze internationale commissie. Ze kent haar talen en ondertussen geven wij haar een ideologische, politieke en militaire scholing.” Commandant Ivan Márquez, net als Tanja aanwezig in Havana, schrijft in een e-mail van 18 januari 2010: “Om de interesse in Europa voor de FARC levendig te houden, hebben we aan Jorge gevraagd om de Nederlandse een interview af te nemen over verschillende thema’s.” Jorge Enrique Botero is een bekende Colombiaanse journalist die dichtbij de FARC staat en hen regelmatig interviewt.
In een ander bericht zegt Márquez: “Het plan is om haar vóór de camara te laten praten, en met kranten van die dag, als bewijs dat het geen oud nieuws is. […] Het is waarschijnlijk dat als dergelijke beelden, waarin ze vertelt dat ze bewust en uit eigen wil bij de FARC zit, openbaar worden, dit zeker het wereldnieuws kan halen.”
Kortom, de FARC weet dondersgoed wat ze van plan zijn met Nijmeijer en het lijdt geen enkele twijfel dat ze wordt ingezet als pion in een ‘charme-offensief’ van de guerrilla, in een poging om die terroristische organsatie een ‘vriendelijk’ gezicht te geven.
Maar hoe kan dat met iemand die, zoals Nijmeijer, zélf verantwoordelijk is voor terroristische aanslagen? Op onder andere een politiebureau, een stadsbus en een winkel in Bogotá, nadat die geen afpersingsgeld wilde betalen zoals de FARC eiste? En van wie bekend is dat ze drie Amerikanen, die waren ontvoerd door de guerrilla, bewust intimideerde door met een glimlach te vertellen dat bij een eerdere poging om ontvoerden te bevrijden alle gijzelaars in koelen bloede waren vermoord?
El Tiempo besluit: “De FARC weet dat het imago van Tanja, het Nederlandse meisje dat een makkelijk leventje achter zich liet om te vechten in een verafgelegen land, nog altijd iets raadselachtigs heeft voor mensen in Europa. Hoewel velen niet precies begrepen wat haar rol zou zijn in Havana, lijkt dat nu duidelijker.”