Maya-gemeenschap strijdt met woord en beeld tegen aanleg stuwdam
Begin jaren tachtig vluchtten duizenden Guatemalteken naar buurland Mexico voor de burgeroorlog en de genocide op de inheemse Mayabevolking die het land sinds de jaren ’70 in haar greep hadden. Velen van hen keerden vanaf 1993 terug naar Guatemala. Zij eisten grond voor de wederopbouw van hun gemeenschappen en kregen deze door de overheid toegewezen. Bewoners van enkele van deze gebieden dreigen opnieuw slachtoffer te worden door de voorgenomen bouw van een stuwdam. Zij zijn de strijd met de belanghebbenden van de dam aangegaan om deze grond te vrijwaren voor de volgende generaties.
Een van deze gemeenschappen is Copal AA La Esperanza, aan de oever van de rivier Chixoy, in het departement Alta Verapaz. Het dorp is alleen toegankelijk over onverharde wegen, er is geen elektriciteit en stromend water. Het bijzondere van deze gemeenschap is dat de bewoners afkomstig zijn uit verschillende plaatsen in Guatemala en behoren tot verschillende etnische groepen, Mam, Q’anjobal en Q’eqchi. De naam van het dorp Copal AA verwijst naar hun gezamenlijke Maya-identiteit; Copal naar de typische wierook die bij ceremonies wordt gebruikt en in hun taal pom genoemd wordt; AA betekent ‘water in overvloed’ voor deze drie etnische groepen.
De gemeenschap wordt opnieuw bedreigd, nu door de bouw van een stuwdam in Xalalá in de rivier de Chixoy. Door afsluiting van de rivier wordt het ecosysteem van de regio grondig aangetast. Ook voor de tweehonderd traditionele gemeenschappen in deze regio waaronder Copal AA, is dit een bedreiging. Mensen komen zonder land te zitten, vaak hun enige bron van inkomsten; “wie land heeft zal leven” aldus een Guatemalteeks gezegde. Al jaren verzetten de Copaleros zich succesvol tegen dit project. Maar voor hoelang?
Vluchtelingenkampen
Deze teruggekeerden, de retornados, hebben een andere achtergrond dan de mensen die in Guatemala bleven tijdens de burgeroorlog. De Guatemalteekse vluchtelingenkampen in Mexico waren gesitueerd in het gebied waar de Zapatisten actief waren, deze worden wel de eerste cyber guerrillabeweging genoemd met als slogan “ons woord is ons wapen”. Bovendien kwamen ze in de vluchtelingenkampen in aanraking met NGOs die hun verhalen documenteerden. Ze hebben geleerd om het vertellen van hun verhalen te visualiseren, ze weten hoe ze met hun verhalen de internationale solidariteit kunnen mobiliseren.
Documentaire
De Vlaamse historica Tessa Boeykens en filmmaker Pieter de Vos maakten voor- en samen met de bewoners van Copal AA een documentaire die het verhaal vertelt over de voortdurende strijd voor het recht op land en leven. De Copaleros hadden zelf al camera´s aangeschaft om hun verhalen vast te leggen. Boeykens kwam in contact met de gemeenschap voor een onderzoeksproject en betrok de Vos bij het project.
De bouw van de Xalalá stuwdam bedreigt hun land en levenswijze. De bewoners verzetten zich hier tegen, niet omdat ze tegen vooruitgang zijn, maar ze voelen zich door officiële instanties niet erkend, hun verhaal wordt ontkend, en dat is het probleem. Met de documentaire wil de oudere generatie van Copal AA haar geschiedenis doorgeven aan de jongeren zodat zij niet vergeten op welk gedachtegoed hun gemeenschap gebouwd is. In 1993 kreeg iedereen evenveel grond en evenveel zaaigoed. De gemeenschap is collectief georganiseerd, alle beslissingen worden in gezamenlijk overleg genomen, iedereen moet inspraak krijgen bij belangrijke thema´s. Ondanks het verschil in etnische achtergrond is het een collectief verhaal; het verzet tegen de stuwdam is gebaseerd op eenheid en gesitueerd in een breed tijdskader.
Intimidatie
De regering hanteert bij dit soort megaprojecten een verdeel-en-heersstrategie. Deze regio (Alta Verapza, Quiché), waar meerdere megaprojecten van multinationals gesitueerd zijn, valt voor een groot deel samen met de gebieden waar in vorige decennia mensen in de gemeenschappen zijn uitgemoord. Door het gewelddadige verleden is de sociale structuur van deze regio zwak, de overheid kan hier makkelijk op inspelen. Actoren uit de burgeroorlog, zoals de gevreesde paramilitaire groeperingen (Patrullas de Autodefensa Civil), zijn makkelijk te mobiliseren, het verleden is nog niet voorbij. De lokale gemeenschappen hebben recht op informatie en raadpleging, maar wie dat recht opeist wordt bedreigd, geïntimideerd, gearresteerd en zelfs vermoord. Deze tactieken zijn heel vergelijkbaar met het grimmige geweld uit de jaren tachtig. Het in 1998 gepubliceerde rapport van de waarheidscommissie noemt (gebrek aan) ‘toegang tot land’ als belangrijke oorzaak van het gewapende conflict.
Plannen voor de aanleg van de Xalalá dam in de Chixoy dateren uit de jaren tachtig maar bleven tijdens de burgeroorlog en jaren daarna in de kast liggen. In 2008 lanceerde de regering het plan opnieuw als onderdeel van een megaproject Plan Puebla Panama (PPP), waar onder meer acht landen in Centraal Amerika en Mexico aan deelnamen. Het initiatief hiervoor is genomen door de toenmalige Mexicaanse president Vicente Fox in 2001. Verschillende financiers (twee Canadese bedrijven en het Braziliaanse Odebrecht) trokken zich echter terug. De Guatemalteekse overheid besloot toen dat INDE, het nationale nutsbedrijf, de taak als algemeen uitvoerder op zich moest nemen. Op zoek naar financiering is het plan inmiddels onderdeel het grootschalige project Plan Meso America, opvolger van het plan PPP. De opgewekte energie zal vooral gebruikt gaan worden om meer grondstoffen te ontginnen voor de export. Schattingen geven aan dat de dam jaarlijks tussen de 100 en 150 miljoen dollar winst op zou kunnen leveren. Aan het begin van de jaren tachtig werd de nu beruchte Chixoy-dam gebouwd – hemelsbreed nog geen 100 kilometer verderop – met steun van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds. Voor de bouw van deze dam heeft het Guatemalteekse leger 444 inwoners van het dorp Río Negro uitgemoord. De overlevenden en familieleden hebben geen enkele vergoeding ontvangen voor de schade die door de staat aangericht is om de grond vrij te maken voor de bouw van de Chixoy-dam.
Ritselend blad
In de documentaire van Boeykens en de Vos komen de bewoners aan het woord, ze vertellen hoe het verleden nog dagelijks onderdeel uitmaakt van hun leven en dat alles, zelfs het geritsel van de bladeren, herinnert aan wat ze meemaakten. 15- en 16-jarigen krijgen op school de verhalen te horen, er worden vragen gesteld: ´wat doen jullie als er een leider ontvoerd of vermoord wordt?´ Dit maakt zelfs onderdeel uit van het lesprogramma van de school. Op muren in het dorp zijn schilderingen te zien met oorlogstaferelen; kinderen die onthoofd worden, mensen die door militairen doodgeschoten worden en dat te midden van de imposante natuur.
Digitale première was op 20 februari jl.
Gesprekken met de makers en de digitale première van de documentaire “Los Retornados” door Tessa Boeykens en Pieter De Vos, die werd gemaakt in nauwe samenwerking met de gemeenschap Copal AA La Esperanza is hier te zien.