Politiek & Maatschappij

Weg met Pinochet!

29 april 2022

Jan de Kievid

Waarnemer bij de volkstemming in Chili in 1988

Op 5 oktober 1988 spraken de Chilenen zich in een volksstemming uit tegen het aanblijven van generaal Pinochet als president. Daarmee eindigde de dictatuur, maar werd Chili nog geen volwaardige democratie. Chispa-redacteur Jan de Kievid maakte als internationaal waarnemer die spannende verkiezing mee. Nu binnenkort mogelijk weer een grote stap in democratische richting wordt gezet, vertelt hij zijn verhaal van de enerverende gebeurtenissen eind 1988.

Wat zenuwachtig arriveerde ik 27 september 1988 als niet-officieel verkiezingswaarnemer op het vliegveld van Santiago. Chili vereiste geen visum vooraf, maar je kon wel worden geweigerd en een week eerder was ik als medewerker van het Chili Komitee Nederland (CKN) op de televisie geweest over martelen in de dictatuur van generaal Pinochet. Ik wilde graag de volksstemming van 5 oktober meemaken over de vraag of Pinochet president mocht blijven. Gelukkig raakte de douane gefascineerd door een zakje drop in mijn handbagage en mocht ik doorlopen.

Waarom hield een dictator een volksstemming (referendum) die hij kon verliezen? Dat had Pinochet zelf in 1980 in zijn aan de bevolking opgelegde grondwet bepaald toen hij zeer vast in het zadel zat. Hij dacht zeker te zullen winnen en zo zijn bewind een ‘democratisch’ tintje te geven. Maar in 1988 waren er al vijf jaar massale protesten van de oppositie, terwijl in Argentinië, Brazilië en Uruguay een eind was gekomen aan soortgelijke militaire dictaturen. Pinochet zou nu kunnen verliezen. Omdat het niet lukte met massale protesten Pinochet weg te krijgen, richtte de oppositie zich op dat referendum. Eerst besloten christendemocraten en gematigde socialisten campagne te voeren om ‘Nee’ tegen Pinochet te stemmen, daar sloten wat radicalere socialisten en tenslotte communisten zich bij aan.

Geen discussiepunt

De Verenigde Staten en de Chileense katholieke kerk drongen erop aan dat Pinochet zich aan zijn eigen regels hield en het referendum door liet gaan. De dictatuur moest ook accepteren dat zowel ‘Ja’ als ‘Nee’ tegen Pinochet dagelijks een kwartier TV-zendtijd kregen. Zoiets was de oppositie na de staatsgreep tegen de socialistische president Salvador Allende in 1973 nog nooit toegestaan. De oppositie bracht op de TV een optimistische boodschap: La alegría ya viene (de vreugde komt er al aan). Ook werd de noodtoestand opgeheven, die – of de zwaardere staat van beleg – vanaf 1973 altijd had gegolden. Bovendien mochten gematigde politieke partijen weer legaal optreden. Veel Chilenen in Nederland en sommige leden van het Chili Komitee hielden echter twijfels bij het meedoen.

Ongeveer duizend journalisten en achthonderd buitenlandse waarnemers, onder wie 350 parlementsleden, trokken voor het referendum naar Chili. De Chileense regering erkende die waarnemers niet, maar in de meeste Chileense media werden ze wel serieus genomen. Van het Chili Komitee gingen voorzitter Peter Gelauff en ik als waarnemers.

Als waarnemer was ik de gast van Serpaj, een op bevrijdingstheologie en geweldloze weerbaarheid georiënteerde organisatie, waar ik eerder had gelogeerd. Bij het hartelijk weerzien van de mensen van Serpaj merkte ik meteen dat Chilenen in Nederland en CKN-leden met twijfels over deelname aan het referendum ver achterliepen. Dat was in Chili geen discussiepunt meer. De oppositie had besloten mee te doen én te winnen, en werkte daar keihard voor. Ik meldde me bij de Nederlandse ambassade zodat bekend was dat ik – als lid van het Chili Komitee – in deze onzekere tijden in Chili was. Toen ik vroeg of ik een van de diplomaten kon spreken, keek de Nederlandse receptioniste alsof het Chili Komitee te vies was om aan te pakken. Maar ambassadeur Fruin wilde me onmiddellijk ontvangen. We hebben een uur zitten praten over de situatie en perspectieven. Fruin was bij het Chili Komitee langs geweest voor hij naar Chili vertrok en had in 1987 in een Chileense krant gezegd dat Nederlanders wisten van de strijd voor democratie, politieke gevangenen en armoede in de krottenwijken.

Humor

In de dagen voor het referendum had ik een druk programma in Santiago. Op 1 oktober nam ik met een miljoen mensen deel aan de grootste demonstratie uit de Chileense geschiedenis. Er was een spreker, de christendemocraat Patricio Aylwin van het Commando voor het Nee. Namens de weduwen van de laatste twee democratische presidenten, christendemocraat Eduardo Frei en socialist Salvador Allende, lazen hun dochters boodschappen voor. Ik bezocht onder andere het perscentrum van het Nee en een instructiebijeenkomst voor waarnemers. Ook had ik een etentje met andere Nederlandse waarnemers en journalisten.

Een paar gematigde oppositiepartijen hadden door hun formele registratie recht op gemachtigden, belangrijk om geknoei met stembiljetten te voorkomen. Via die gemachtigden had de oppositie in heel Chili een parallelle telling georganiseerd om dubieuze officiële uitslagen te corrigeren. Ik woonde een scholing voor gemachtigden bij.

Peter Gelauff ging als waarnemer naar het zuiden en ik met het vliegtuig tweeduizend kilometer naar het noorden, naar Arica, een stad van 170.000 inwoners in de woestijn aan de grens met Peru. Ik werd gastvrij onthaald door Ricardo Fuentes en Rosa Icarte van Serpaj-Arica in hun houten huis in een volkswijk. Vlakbij was een Serpaj-gebouwtje waar iedereen razend druk was met de Nee-campagne. Serpaj-Arica had een vooral uit vrouwen bestaand gemotiveerd en leuk team, met veel gevoel voor humor. Het was geweldig om hier deze spannende dagen mee te maken.

Surrealistisch

Ricardo, een om politieke redenen ontslagen universiteitsdocent, bracht me naar het gemeentelijke Commando voor het Nee en naar andere buitenlandse waarnemers: een parlementariër van de Radicale (links-liberale) partij uit Argentinië, een leider van een linkse partij uit Paraguay, een vakbondsleider en een medewerker van een parlementslid uit de VS. Als groep waarnemers gingen we langs bij het lokale TV-station voor een kort interview, bij de bisschop en de voorzitter van de lokale Kiesraad. De bisschop ontving ons hartelijk; hij was duidelijk voor het Nee. De voorzitter van de Kiesraad keek voortdurend schichtig alle kanten op, ook naar twee stokoude rechters (leden van de Kiesraad) die door onze komst met afgrijzen vervuld leken, een “surrealistisch” gesprek. Ook hielden we een persconferentie.

’s Avonds was ik in het Serpaj-gebouwtje bij een scholing van gemachtigden van Nee-partijen in de stembureaus. Ze waren veelal jong, hadden nog nooit verkiezingen meegemaakt en waren zenuwachtig over ingewikkelde procedures en over mogelijke confrontaties met de Ja-partijen. Hier praatte ik met het Nee-commando uit de volkswijk. Dat was heel anders dan het gemeentelijke Commando van gewichtig doende heren met dominerende christendemocraten. Het volkswijkcommando bestond vooral uit socialisten en communisten, met veel jongeren en vrouwen.

Komisch

We hoorden veel verhalen over intimidatie door militairen, arrestaties en afpakken van identiteitsbewijzen van Nee-aanhangers. Het laatste TV-nieuws vóór 5 oktober ging over de geweldige sociale daden van Pinochet, links geweld en te verwachten rampspoed als Nee zou winnen.

Op 5 oktober was de opkomst massaal: 89 procent van de kiesgerechtigden, het hoogste ooit bij verkiezingen in Chili. Mensen stonden soms drie uur in de rij in de hitte. Bij de stembureaus patrouilleerden veel militairen (zo’n vijftig per school!) met geweren in de aanslag, vaak te dicht bij de stemhokjes. Als ik daarover iets opmerkte, zeiden mensen: “Maak je daarover niet druk. Het is de eerste keer in vijftien jaar dat ze zich netjes gedragen.”

Het waarnemen begon wat komisch toen de militairen om onze identiteitskaarten vroegen. De vorige avond laat hadden de mensen van Serpaj voor mij een klein kaartje gemaakt, met een stempel over mijn pasfoto. Mijn gewichtige collega-waarnemers liepen met indrukwekkende papieren, maar zonder stempel over de foto. Dus mochten ze niet naar binnen; daarbij wezen de militairen naar mijn kaartje hoe het moest. Dat dat afkomstig was van voor de dictatuur nogal verdachte organisaties beseften ze niet. Even later mocht iedereen toch naar binnen. Bij Serpaj lachten ze zich slap toen ik dit vertelde.

Toen de stembureaus sloten, werd overal openbaar geteld. Zou de voorspelling uitkomen dat het Nee zou winnen? Ik turfde in een stembureau gespannen alle stemmen en was opgelucht: ongeveer 60 procent Nee tegen 40 procent Ja.

Wijn op tafel

Er volgde een absurde én beangstigende avond, die ik meemaakte in het steeds vollere Serpaj-centrum. Terwijl de oppositieradio tussenstanden gaf van de parallelle telling met Nee aan kop, deed de staatstelevisie het omgekeerde. Om tien uur stopte de televisie plotseling met uitslagen en kregen we vier uur niets meer te horen. Pinochet meldde met een bezorgd gezicht dat er gewapende vreemdelingen waren gesignaleerd. Daarna vertoonde de TV een speelfilm.

Toen de oppositieradio bij 60 procent getelde stemmen een tussenstand gaf van 57 procent Nee en 41 procent Ja, gingen mensen elkaar omhelzen. Er kwam wijn op tafel en er werd gedanst. Maar het bleef spannend. Wat gebeurde er in Santiago? Na een gat van vier uur meldde de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken om twee uur ’s nachts op de televisie de stand: met driekwart getelde stemmen was het 53 procent Nee en 44 procent Ja. Het werd uiteindelijk 55 tegen 43 procent.

Een beetje huilen

Het werd tijd om naar het Chili Komitee in Nederland te bellen, zoals ik had afgesproken. Daar zat die avond en nacht iedereen bij elkaar om de uitslagen te volgen. Maar er was in deze buurt geen enkele telefoon en alleen Ricardo had een auto. We reden naar een familie in een andere wijk. Met veel gejuich op de achtergrond kon ik mijn collega Wietske Langedijk om zeven uur ’s ochtends Nederlandse tijd de stand doorgeven. Die nacht reden voortdurend militaire voertuigen door Arica. Het was verstandig niet buiten te feesten.

Na opnieuw een korte nacht liep ik mee in een overwinningsdemonstratie. Daarna aten Ricardo, Rosa en ik bij de man van de telefoon. Hij herhaalde steeds: “We hebben deze vijftien jaar nooit de hoop verloren” en vertelde over zijn broer die na de staatsgreep was vermoord. Ondertussen schonk hij zichzelf en mij steeds wijn in.

Toen we thuiskwamen, ging ik uitgeteld even liggen. Ik werd wakker met barstende koppijn. Maar toen zich bij het Serpaj-centrum een vrolijke menigte had verzameld en een kleine demonstratie arriveerde, knapte ik snel op: “Als ik dat alles voor me zie, de mensen uit de volkswijken die zich voor het eerst na vijftien jaar een beetje vrij voelen en hoop hebben dat de lange nachtmerrie spoedig ten einde zal zijn, begin ik een beetje te huilen”, schreef ik in mijn verslag.

Gerichte mitrailleur

Die avond kwam er een vreugdedemonstratie van vooral jongeren uit een andere wijk langs. Ricardo richtte zich tot hen en vertelde dat naast hem een internationale waarnemer stond die goed Spaans kende. Iedereen riep: “Laat hem spreken!” en dus sprak ik voor het eerst in Chili improviserend een demonstratie toe, eindigend met het verzoek rustig naar huis te gaan. Dat was niet misplaatst, want militairen hadden de hele tijd met een gerichte mitrailleur achter deze mensen gereden.

Ik was op tijd terug in Santiago om op 7 oktober met een miljoen mensen in het Parque O’Higgins de Nee-overwinning te vieren. Gelukkig kon dat, want het had heel anders kunnen lopen, zoals later bleek. Hoge regeringsfunctionarissen hadden de Ja-overwinning willen aankondigen. Ze wilden politie en militairen uit het centrum van Santiago terugtrekken, zodat Ja-aanhangers hun overwinning konden vieren. Woedende Nee-aanhangers zouden daar dan hun eigen overwinning gaan verdedigen. Er zouden vechtpartijen ontstaan en dan kon de staat van beleg worden afgekondigd en de uitslag ongeldig verklaard. Politiechef Stange en de militaire commandant van Santiago, die de werkelijke uitslag kenden, weigerden echter hun mannen terug te trekken. Pinochet kwam bijeen met de militaire junta. Voor de andere militaire commandanten was duidelijk dat Nee had gewonnen. Pinochet was woedend en schold iedereen uit voor verrader, maar de anderen vonden dat hij zich aan de grondwet moest houden.

Onafzetbare legerchef

De Nee-overwinning was heel belangrijk, maar maakte Chili nog lang geen volwaardige democratie. Er kwamen eind 1989 presidents- en parlementsverkiezingen, maar de grondwet van 1980 bleef van kracht. Een vijfde van de senatoren werd niet gekozen, maar aangewezen door onder andere militaire commandanten. Door beperkte sociaaleconomische bevoegdheden van parlement en staat kon het neoliberale beleid niet echt worden veranderd. En als klap op de vuurpijl bleef Pinochet tot 1998 (83 jaar!) commandant van de landmacht. De gekozen president (als eerste Patricio Aylwin) kon militaire commandanten niet ontslaan. Dit is uniek bij overgangen van dictatuur naar democratie. In andere landen waren de hoofdverantwoordelijken voor de ergste repressie overleden, in ballingschap, met pensioen of soms veroordeeld. Alleen in Chili kon zo’n figuur als onafzetbare legerchef nog acht jaar bewoners en politici angst aanjagen.

Pas in 2005 werden de niet-gekozen senatoren en de onafzetbaarheid van militaire commandanten geschrapt, een belangrijke stap in democratische richting. Hopelijk wordt over vier maanden, op 4 september 2022, de volgende grote stap gezet. Dan kunnen de Chilenen zich uitspreken over een nieuwe democratische, sociale en ecologische grondwet. Als ze voor stemmen, kan de grondwet van Pinochet bij het oud vuil.

Gerelateerde berichten

Democratie in Latijns-Amerika niet langer vanzelfsprekend

Democratie in Latijns-Amerika niet langer vanzelfsprekend

Afgelopen jaar is de wereld weer iets minder democratisch geworden en in Latijns-Amerika is de terugval het grootst. Dat komt met name door de scherpe daling van het democratiegehalte van een aantal Midden-Amerikaanse landen. Van het idee van twintig jaar geleden dat de democratie in Latijns-Amerika vrij stevig was verankerd, is weinig meer over. Zo blijkt uit de Democracy Index 2023.

Lees meer
Uitzending Spoorloos 1 november over geroofde Argentijnse baby’s

Uitzending Spoorloos 1 november over geroofde Argentijnse baby’s

De uitzending was woensdagavond 1 november, maar kan op Uitzending gemist worden teruggekeken. In de laatste uitzending van dit seizoen vertelt de in Nederland woonachtige Ana haar verhaal. Tien jaar geleden werd middels DNA-onderzoek vastgesteld dat zij tot de zogenaamde roofbaby’s behoort. Haar beide ouders zijn tijdens de Videla-dictatuur vermoord. Haar moeder was vijf maanden zwanger toen zij werd gearresteerd. Op één klein berichtje kort na haar arrestatie werd nooit meer iets van haar vernomen. Haar dochter Ana is geadopteerd, iets dat zij pas op 36-jarige leeftijd te horen kreeg.

Lees meer
agsdix-null

Politiek & Maatschappij

agsdix-null

Kunst & Cultuur

agsdix-null

Vrije tijd & Toerisme

agsdix-null

Economie & Ondernemen

agsdix-null

Milieu en Natuur

agsdix-null

Onderzoek & Wetenschap

Blijf op de hoogte

Adverteren op onze website?

Dat kan! Tegen een scherp tarief plaatsen wij uw advertentie.

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf u in en ontvang onze digitale nieuwsbrief met een overzicht van onze nieuwe artikelen.

Volg ons op social media

Wees als eerste op de hoogte van nieuwe artikelen en deel artikelen met uw netwerk.

Share This