Politiek & Maatschappij

Voortdurende protesten en stappen vooruit

27 december 2019

Jan de Kievif

Dynamische ontwikkelingen in Chili

Al ruim twee maanden is Chili in de ban van een massale protestbeweging om van het extreem ongelijke neoliberale ‘modelland’ een rechtvaardiger samenleving te maken. Dat gaat met vallen en opstaan. Chilenen zijn politiek ‘ontwaakt’, met veel enthousiasme en creativiteit. Er komt waarschijnlijk een nieuwe grondwet en gemeenten organiseerden een volksraadpleging. Maar de conservatieve tegenkrachten zijn sterk, al heeft president Piñera vrijwel al zijn gezag verloren.

Woensdag 18 december, precies twee maanden na het begin van de Chileense ‘sociale uitbarsting’, werd in het museum van de Herinnering en de Mensenrechten in Santiago een boek gepresenteerd. Dat laat zien wat deze opstand aan straatkunst heeft opgeleverd. Chili kent een opbloei van humor en creativiteit, ook op muzikaal gebied. Volgens de samenstellers is er “een revolutionaire transformatie van het bewustzijn. We beleven een revolutie, dus de machtsverhoudingen zijn veranderd”. Deze explosie “voor de waardigheid in alle opzichten – terwijl ons van jongs af accumuleren en extreem individualisme is aangeleerd – is revolutionair”. Chili is “op weg naar gelijkheid, waardigheid en een collectief leven”.

Veel Chilenen hebben de afgelopen tijd zo beleefd met een onverwachte protestbeweging, waarin vooral jongeren, vrouwen en oorspronkelijke volken een hoofdrol spelen, terwijl politieke partijen hierbij vrijwel onzichtbaar zijn. Vrouwen over de hele wereld hebben zich zelfs laten inspireren door de creatieve manifestaties van Chileense vrouwen tegen geweld tegen vrouwen. Of bij dit alles de machtsverhoudingen blijvend veranderd zijn, moet nog blijken.  Wel zijn zaken opengebroken die jarenlang muurvast zaten en onbespreekbaar waren.

Oogletsel

De rechtse president Sebastián Piñera, zijn regeringspartijen, grote ondernemers en superrijken hadden verwacht of minstens gehoopt dat met repressie en wat sociale beloften de protesten snel voorbij zouden zijn. Dat is niet het geval. De gewelddadige uitingen van de eerste weken zoals vernielingen in de metro en plunderen van supermarkten zijn wel verminderd, maar niet verdwenen. Na 22 doden in de eerste week zijn er in tweede maanden nog vier bijgekomen. Er zijn een paar duizend gewonden, onder zowel geweldplegers als vreedzame demonstranten en politieagenten. 359 mensen liepen oogletsel op: twee werden volledig blind en zeventien aan een oog. Nog dagelijks vinden grote manifestaties plaats, waaronder tot 20 december elke vrijdag met tienduizenden mensen op het centrale plein in Santiago, de Plaza Italia, omgedoopt in ‘Plaza Dignidad’: Plein van de Waardigheid.

Opmerkelijk is dat een grote meerderheid de protesten steunt. Vaak vinden veel mensen snel dat orde en rust weer hersteld moeten worden, maar na twee maanden is nog driekwart van de Chilenen het eens met de vreedzame manifestatie. Tweederde vindt dat de protesten door moeten gaan. Zo’n tachtig procent meent ook dat de politie mensenrechten schendt met aanbrengen van oogletsel, mishandelingen, martelingen, aanrandingen en verkrachtingen. President Piñera en de politieleiding zien dat anders: er gaat wel eens iets mis, maar in het algemeen treedt de politie keurig op.

Pijnlijk

Daarmee staan ze nogal alleen. Niet alleen Chileense mensenrechtenorganisaties en rechters hebben talloze, vaak structurele misstanden geconstateerd. Ook gezaghebbende internationale organisaties, zoals Amnesty International, Human Rights Watch, de Inter-Amerikaanse Mensenrechtencommissie en het Hoge Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties kwamen op grond van onderzoek in Chili tot die conclusie. Vooral dat VN-onderzoek is voor Piñera pijnlijk, want deze VN-afdeling wordt geleid door Michelle Bachelet, tweemaal zijn socialistische voorgangster als president.

Piñera werd volkomen verrast door de uitbarsting en begrijpt nog steeds niet wat er in het in zijn ogen keurige en stabiele neoliberale modelland aan de hand is. Hij reageerde aanvankelijk heftig met de noodtoestand en zijn uitspraak dat het land in ‘oorlog’ was met een goed georganiseerde vijand, wat onmiddellijk door de legerchef werd tegengesproken. Na vier dagen kondigde Piñera verhogingen aan van het minimumloon en de uitkering voor arme ouderen en verlaging van de prijzen voor medicijnen. Na de grootste manifestatie uit de Chileense geschiedenis met 1,2 miljoen mensen op 25 oktober verving de president de 26e een aantal ministers. Op 28 oktober werd de noodtoestand opgeheven. Tot Piñera’s stomme verbazing kwam hiermee geen einde aan de onvrede en de protesten. Ook herstelde zijn tot rond de tien procent gedaalde populariteit – het laagste sinds het herstel van de democratie in 1990 – zich geenszins.

Verwarring

Piñera bleef steeds hameren op het geweld. Dat had niks te maken met binnenlandse ontevredenheid, maar werd – zoals machthebbers overal al eeuwenlang beweren – georganiseerd vanuit het buitenland. Hier vond Piñera het nationale hoofd van het Openbaar Ministerie, Jorge Abbott, op zijn weg. Die stelde dat je op grond van door de regering verschafte informatie uit kranten en sociale media dat niet kon vaststellen. Degelijk speurwerk van het OM wees vooralsnog niet op het “bestaan van nationale of internationale criminele organisaties van enige omvang” die bij het geweld en de protesten een rol hadden gespeeld.  Op 13 december beweerde de president dat “de haat en het geweld met grote kracht in ons land waren teruggekeerd, en niet alleen op straat, maar ook in het nationale parlement, wanneer we zien dat dat sommigen geloven dat ze het recht hebben zich boven anderen te stellen”. De voorzitter van de senaat reageerde hierop “dat de verwarring waarin de president verkeert hem niet toestaat om te zien dat de weinige opbouwende oplossingen voor deze crisis vanuit het parlement zijn gekomen en niet van de regering.”

Venezolaans model

Na zestig dagen protesten vond Piñera dat het gezeur moest ophouden: “Wij hebben zorgvuldig gehandeld. We hebben naar de stem van de mensen geluisterd. In zestig dagen hebben we de pensioenen verbeterd, het minimumloon verhoogd en publieke diensten goedkoper gemaakt.” Vervolgens sloot hij verandering in het sociaaleconomisch model uit, zoals sommige groepen zouden willen. Die zouden het Venezolaanse model in Chili willen invoeren. Die uitspraak viel ook slecht bij vooraanstaande leden van Piñera’s partij Nationale Vernieuwing (RN). Die vonden het vreemd dat Chileense neoliberale model en het Venezolaanse de enige opties waren, alsof daar geen andere modellen tussen zitten. Voor Piñera is een ander dan neoliberaal model echter onvoorstelbaar.

De sociale correcties zijn tot dusverre vooral beloften, die nog in wetten en uitvoeringsmaatregelen omgezet moeten worden. Ze kosten twee miljard US-dollar per jaar, 0,75 procent van het BNP. Om werkelijk iets te verbeteren, is zeker drie of vier procent nodig. Dat is betaalbaar met een – al dertig jaar door rechtse partijen geblokkeerde – belastinghervorming. Nu krijgen de 1 procent rijkste inwoners gezamenlijk 33 procent van het inkomen. Als dat daalt naar 29 procent, zullen deze rijken daar niet onder lijden, maar kunnen de sociale verbeteringen worden betaald. Daarnaast moet het probleem van de vermarkting van onderwijs, gezondheidszorg en sociale voorzieningen worden aangepakt.

Belastingparadijzen

Dat de rijken niet graag belasting betalen, laat ook miljardair Piñera zien. Juist tijdens de huidige crisis werd bekend dat hij een half miljard US-dollar had overgemaakt naar belastingparadijzen als de Britse Maagdeneilanden en Luxemburg. Op 15 december stelde het parlement een commissie in om te onderzoeken of hiermee de belasting was ontdoken en of sprake was ontoelaatbare belangenverstrengeling.

Een paar dagen eerder was Piñera net ontkomen aan een straf- en afzettingsprocedure door het parlement. Hoge functionarissen als presidenten, ministers, leden van het Hooggerechtshof en generaals kunnen worden afgezet door het parlement als ze de grondwet hebben overtreden. Ze mogen dan vijf jaar geen publieke functies meer bekleden of in een politiek orgaan worden gekozen. Parlementariërs hebben dat in twee eeuwen een honderdtal keren geprobeerd, waarvan in twintig gevallen met succes.

Rechterhand veroordeeld

Nu startte de centrumlinkse oppositie in het Huis van Afgevaardigden zo’n procedure tegen Andrés Chadwick, familielid en politieke rechterhand van Piñera. Chadwick was zowel in de eerste regering-Piñera (2010-2014) als in de huidige als minister van Binnenlandse Zaken de feitelijke premier van Chili. Hij had al jong als politiek jeugdleider plechtig trouw aan dictator Pinochet gezworen. Daarna was hij een van de oprichters en prominente leiders van de extreemrechtse partij UDI , de politieke erfgenaam van Pinochet. Op 26 oktober verving Piñera met tegenzin Chadwick als minister door een minder omstreden figuur. De centrumlinkse Kamermeerderheid oordeelde Chadwick als minister verantwoordelijk was voor de schendingen van de mensenrechten bij de repressie van geweld en vreedzame protesten. De senaat bevestigde dat op 10 december, waardoor Chadwick vijf jaar geen publieke functies kan uitoefenen. Dit tot grote woede van de UDI en Piñera. De volgende dag strandde een vergelijkbare procedure tegen Piñera in het eerste stadium in de Kamer van Afgevaardigden, omdat de aanklacht volgens een nipte meerderheid niet zou voldoen aan de grondwettelijke vereisten.

Nieuwe grondwet?

Snel na het begin van de uitbarsting eisten betogers en centrumlinkse politici een nieuwe grondwet. De huidige grondwet van 1980 dateert nog van de dictatuur van Pinochet. Sindsdien zijn – maar pas in 2005 – belangrijke autoritaire bepalingen geschrapt, maar veel artikelen ademen nog van de geest van de dictatuur en perken de bevoegdheden van de overheid en vooral het parlement op sociaaleconomisch gebied in. De wens van een nieuwe grondwet leeft al lang. President Bachelet had tijdens haar tweede ambtsperiode (2014-2018) al enkele stappen in die richting gezet.

Piñera wilde eerst niets van zo’n nieuwe grondwet weten. Hij moest zijn standpunt herzien toen de protesten aanhielden en ook vooraanstaande leden van zijn eigen partij RN zich voor zo’n nieuwe constitutie uitspraken. Dat leidde op 15 november tot een ‘Akkoord voor de Vrede en de Nieuwe Grondwet’ van de belangrijkste regerings- en oppositiepartijen. Er komt op 26 april 2020 een volksstemming met twee vragen. Een: wilt u wel of geen nieuwe grondwet? Twee: als de meerderheid een nieuwe grondwet wil, moet die worden opgesteld met deelneming van parlementariërs of door een hiervoor speciaal gekozen gezelschap? Ook de UDI deed mee met dit basisakkoord, vooral met het idee dat de protesten zouden stoppen. DE UDI wil juist de huidige grondwet handhaven. Een paar parlementsleden van het radicaal-linkse blok Frente Amplio (Breed Front) gingen akkoord, anderen niet.

Wantrouwen

Half december keurde het parlement met de vereiste twee derde meerderheid (het gaat om een grondwetswijziging) de uitwerking van het akkoord goed. Er moet nog definitief worden besloten of het orgaan dat een nieuwe grondwet gaat maken vijftig procent vrouwen en vijftig procent mannen moet tellen (nu zijn slechts 23 procent van de parlementsleden vrouw) en of er gereserveerde zetels komen voor oorspronkelijke volken, zoals de Mapuche. De linkse en centrumpartijen en een deel van de RN-parlementariërs zijn daarvoor, maar de UDI wil dat absoluut niet.

Bij veel manifestaties eisen demonstranten een nieuwe grondwet. Die moet volgens hen niet door partijgebonden parlementariërs, maar door onafhankelijke mensen ontworpen moet worden. Er is nog weinig aansluiting tussen de grote protestbeweging en de gewantrouwde institutionele politiek die zaken rond de grondwet probeert te regelen. Veel mensen geven de partijen, net als de regering, een cijfer 2 op een schaal van nul tot tien. Vooral jongeren geven de voorkeur aan informele politiek op straat. In veel plaatsen zijn initiatieven genomen om in niet aan partijen of overheid gebonden bijeenkomsten over de aanpak van problemen te praten. De regering heeft ook bijeenkomsten met bewoners gelegd, waaraan volgens de betreffende minister in het hele land ongeveer tienduizend mensen hebben deelgenomen.

Gemeentelijk initiatief

Het belangrijkste initiatief om informele en institutionele bewegingen bijeen te brengen nam de Vereniging van Chileense Gemeenten. Op 15 december is in 226 van de 346 gemeenten een Raadpleging gehouden, waaraan alle inwoners vanaf 14 jaar mochten deelnemen. Ze kregen drie soorten vragen voorgelegd. De eerste ging over het komende referendum en nog een paar politiek-institutionele vragen, zoals: wilt u een nieuwe grondwet en welk orgaan moet zo’n nieuwe grondwet ontwerpen? De tweede: welke landelijke problemen moeten vooral worden aangepakt? De derde serie vragen varieerde per gemeente met specifieke lokale thema’s.

Vooral gemeenten met centrumlinkse burgemeesters deden mee, maar meestal ook met die van RN. Germán Colina, RN-burgemeester en voorzitter van de Vereniging van Gemeenten, leidde enthousiast de campagne. Soms schrapten UDI-burgemeesters de vragen over de grondwet. Daarom organiseerden buurtbewoners daar vaak alternatieve stemmingen. De landelijke organisatie telde de uitkomsten van deze gemeenten niet mee. Er werden meer dan twee miljoen ‘geldige’ stemmen uitgebracht. 92 procent wil een nieuwe grondwet en 73 procent geeft daarvoor de voorkeur aan een speciale Constitutionele Conventie, zonder parlementariërs. De kiezers zien pensioenen als belangrijkste probleem, gevolgd door de openbare gezondheidszorg en de toegankelijkheid en kwaliteit van het onderwijs. Een grote meerderheid wil veroordeelden wegens corruptie, witwassen van geld of drugshandel levenslang uitsluiten van publieke en politieke functies.

87 procent wenst grotere autonomie voor de gemeenten. In het strak gecentraliseerde Chili hebben gemeenten weinig eigen beleidsruimte. Van het geld dat ze van de centrale overheid krijgen, is negentig procent geoormerkt, terwijl dat Brazilië maar dertig procent is. Gemeenten gebruiken deze Raadpleging ook om meer bevoegdheden te krijgen. Zo’n gemeentelijke Raadpleging was volstrekt nieuw in Chili en werd al gauw, net als de grootste manifestatie van 25 oktober, ‘historisch’ genoemd.

Chaos

De protesten duren al meer dan twee maanden. De hoop van regering, rijken en rechtse partijen dat de beweging na repressie en een paar concessies over zou waaien is geen werkelijkheid geworden. Het vertrouwen in de president en de politiek is geenszins hersteld. Rond 10 december meende 41 procent van de Chilenen dat de regering de weg naar een nieuwe grondwet opende om tijd te winnen, 31 procent om met zo’n concessie het geweld te beteugelen en slechts 19 procent om Chili te verenigen. Toch zegt zo’n negentig procent in april te gaan stemmen, bijna onwaarschijnlijk hoog na een opkomst van iets onder de vijftig procent bij de presidents- en parlementsverkiezingen van 2017.

Chili is in beweging gekomen. Nu er keuzen voor de toekomst gemaakt moeten worden, treden scheidslijnen en verwarringen op. In het regeringskamp heerst chaos, met een president die niet begrijpt wat er gebeurt en twee grote partijen (RN en UDI) die hevig van mening verschillen of je flexibel met de ontwikkelingen mee moet gaan of je daar juist tegen moet keren. Veel leiders van RN willen meewerken aan een nieuwe grondwet en pleiten ook voor gendergelijkheid en aparte zetels voor oorspronkelijke volken in een grondwetgevende vergadering. De UDI vindt dat met meedoen met het akkoord van 15 november over een mogelijke nieuwe grondwet al een stap te ver is gezet. Men is nog woedend en diep vernederd over het schuldig verklaren van partijprominent Chadwick. De heilige grondwet van Pinochet moet blijven. Sommige uitspraken van UDI-leiders worden geïnterpreteerd als een soort oproep tot staatsgreep. Er zijn echter geen aanwijzingen dat de militairen daar zin in zouden hebben.

Klassiek dilemma

Ter linkerzijde dreigt het radicaal-linkse samenwerkingsverband Frente Amplio – dat in 2017 bij de presidents- en parlementsverkiezingen twintig en 16 procent van de stemmen behaalde – uit elkaar aan het vallen. In het klassieke dilemma – stem je voor een plan dat de goede kant op gaat maar minder ver dan gaat dan je zou willen óf stem je dan tegen – worden verschillende keuzen gemaakt. Dat gaat gepaard met afscheidingen en bittere verwijten.

Hoe zal het verder gaan? Bij een rond 10 december gehouden enquête meende 59 procent dat Chili na de ‘sociale uitbarsting’ een land met meer gelijkheid zou worden. Volgens 23 procent zou de ongelijkheid hetzelfde blijven, maar volgens 18 procent nog groter worden. Dit kan allemaal nog gebeuren. De protestbeweging is breed en heeft veel energie, enthousiasme en creativiteit losgemaakt, maar kan zwakker worden of verlopen. Twee maanden lang was er elke vrijdag een massabijeenkomst op de Plaza Italia in Santiago. De intendant van Groot-Santiago wil daar een eind aan maken en op vrijdag 20 december is hij daarin door het vroegtijdig inzetten van duizend politieagenten inderdaad geslaagd. Ook de aanstaande zomervakantie kan de mobilisatie verzwakken.

Geen roep om sterke man

Er is zeker iets veranderd in het bewustzijn van veel Chilenen. Ze zien voor het eerst sinds jaren mogelijkheden hun samenleving vrijer en rechtvaardiger te maken. Om dat werkelijkheid te laten worden, moeten de machtsverhoudingen blijvend veranderen. Belangrijk daarbij is hoe de grote ondernemers en rijken zich opstellen. Die houden zich op dit moment betrekkelijk stil, maar velen zullen niet makkelijk hun extreme privileges opgeven. Ook van de katholieke kerk, die zich vaak opstelde als bemiddelaar bij conflicten, wordt weinig vernomen. Niet onbegrijpelijk, want sinds grote misbruikschandalen is in geen enkel Latijns-Amerikaans land het vertrouwen in de kerk zo laag als in Chili.

Het is hoopvol dat er zicht komt op een nieuwe grondwet, maar volgens het uitgestippelde traject zal die op z’n vroegst over twee jaar, eind 2021, van kracht worden. Ook daarna zullen de meeste mensen in hun dagelijks leven niet snel effecten daarvan merken. Als sociale problemen, ongelijkheden en hun structurele oorzaken in het scheve Chileense neoliberale maatschappijmodel niet snel worden aangepakt, zal dat tot frustratie leiden. Te hopen valt dat de protestpolitiek en de institutionele politiek elkaar wat beter kunnen vinden en gezamenlijk kunnen optrekken, onder erkenning van elkaars autonomie en zonder elkaar bij zeker optredende meningsverschillen te verketteren.

Als de noodzakelijke hervormingen van de Chileense maatschappij uitblijven, kunnen zowel passiviteit als geweld daarvan het gevolg zijn. Te veel geweld opent poorten naar extreme repressie en toenemende onvrijheid. Tot dusverre wordt er nauwelijks om een sterke man geroepen die orde op zaken stelt. De ondanks alle terechte kritiek wel degelijk bestaande Chileense democratische traditie biedt kansen om de stormachtige ontwikkelingen in goede banen te leiden naar een iets betere toekomst. Half november beëindigde ik mijn artikel over Chili met drie toekomstscenario’s, variërend van een zwart tot nogal positief. Alle drie zijn nog mogelijk.

Gerelateerde berichten

Aymara, migratieonderzoek en zelfreflectie in noord-Chili

Aymara, migratieonderzoek en zelfreflectie in noord-Chili

Mijn naam is Mariela Miranda van Iersel, en zoals je uit mijn twee achternamen kunt afleiden, ben ik half Chileens en half Nederlands. Gemotiveerd door mijn ervaring als vrijwilliger in sociale integratieprogramma’s, vertrok ik in 2017 van het Chileense huis uit mijn kindertijd naar Nederland voor een interdisciplinaire bachelor in de sociale wetenschappen en economie. In de hoop verder te leren over maatschappelijke uitdagingen, en vooral ook dingen die ik dácht te weten in vraag te stellen, begon ik aan een master in ontwikkelingsstudies aan het International Institute of Social Studies (ISS). Deze opleiding hielp me de real-world uitdagingen die me aan het hart gaan te verbinden aan wetenschappelijke theorieën en beide verder te verkennen door middel van onderzoek.

Lees meer
Uitzending Spoorloos 1 november over geroofde Argentijnse baby’s

Uitzending Spoorloos 1 november over geroofde Argentijnse baby’s

De uitzending was woensdagavond 1 november, maar kan op Uitzending gemist worden teruggekeken. In de laatste uitzending van dit seizoen vertelt de in Nederland woonachtige Ana haar verhaal. Tien jaar geleden werd middels DNA-onderzoek vastgesteld dat zij tot de zogenaamde roofbaby’s behoort. Haar beide ouders zijn tijdens de Videla-dictatuur vermoord. Haar moeder was vijf maanden zwanger toen zij werd gearresteerd. Op één klein berichtje kort na haar arrestatie werd nooit meer iets van haar vernomen. Haar dochter Ana is geadopteerd, iets dat zij pas op 36-jarige leeftijd te horen kreeg.

Lees meer
agsdix-null

Politiek & Maatschappij

agsdix-null

Kunst & Cultuur

agsdix-null

Vrije tijd & Toerisme

agsdix-null

Economie & Ondernemen

agsdix-null

Milieu en Natuur

agsdix-null

Onderzoek & Wetenschap

Blijf op de hoogte

Adverteren op onze website?

Dat kan! Tegen een scherp tarief plaatsen wij uw advertentie.

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf u in en ontvang onze digitale nieuwsbrief met een overzicht van onze nieuwe artikelen.

Volg ons op social media

Wees als eerste op de hoogte van nieuwe artikelen en deel artikelen met uw netwerk.

Share This