Zondag 25 juni gaat Guatemala naar de stembus. Het Midden-Amerikaanse land bevindt zich in een weinig rooskleurige situatie. Onder de huidige president Alejandro Giammattei zijn corruptie, straffeloosheid en criminalisering nog verder toegenomen. Vooralsnog is er weinig hoop op verandering en internationale aandacht is dan ook hard nodig. Zoals in de vorm van de grote waarnemingsmissie van de Europese Unie, die de verkiezingen zal observeren.
Zo’n negen miljoen kiesgerechtigde Guatemalteken mogen komende zondag, 25 juni, hun stem uitbrengen voor een nieuwe president, 160 volksvertegenwoordigers, 340 burgemeesters en gemeenteraden en 20 leden van het Centraal-Amerikaanse parlement (Parlacen). Kiezers krijgen te maken met overvolle stembiljetten, waarop 22 presidentskandidaten en minstens 30 politieke partijen. In het geval van het Congres zullen Guatemalteken partijen kiezen, geen directe kandidaten, voor zetels op nationaal niveau en zetels in departementen. Maanden geleden al waarschuwden maatschappelijke organisaties in Guatemala dat de verkiezingen plaatsvinden in een uiterst precaire context. De verstrengeling van de uitvoerende, wetgevende en rechterlijke macht is onder de zittende president Alejandro Giammattei alleen maar toegenomen. Door de wijdverbreide samenzwering en corruptie binnen de drie machten glijdt het land af naar een schijndemocratie. Niet verwonderlijk dat volgens een peiling van Prensa Libre afgelopen mei 83 procent van de Guatemalteken meent dat de situatie in hun land de laatste drie jaar verslechterd is. De economie groeide vorig jaar met ongeveer 4 procent, maar naar schatting 55 procent van de bevolking leeft in armoede. Slechts 11 procent van de Guatemalteken keurt president Giammattei goed, die wordt achtervolgd door beschuldigingen van corruptie en wiens regering toezicht hield op een van de langzaamste vaccinatiecampagnes tegen Covid-19 in Amerika. Giammattei, een 67-jarige conservatief die eerder werkzaam was als directeur van het penitentiair systeem, is grondwettelijk uitgesloten om zich kandidaat te stellen voor herverkiezing.
Waarnemingsmissie
De Europese Unie (EU) financiert een grote waarnemingsmissie van ongeveer honderd personen die het verkiezingsproces zullen observeren. Zo’n observatiemissie heeft een beperkt mandaat en sommigen waarschuwen dat ze door de Guatemalteekse overheid misbruikt kan worden om het verkiezingsproces te legitimeren. Jordi Cañas, voorzitter van de observatiemissie, tempert alvast de verwachtingen van de Europese ngo’s en netwerken die actief zijn in Guatemala. Het mandaat van een electorale missie is beperkt tot het nagaan of de verkiezingen technisch voldoen aan internationale normen. Het is volgens hem onmogelijk dat de missie politieke uitspraken doet over de bredere context van schendingen van de mensenrechten en de uitholling van de rechtsstaat in een land. Toch biedt ze kansen om internationale aandacht te geven aan Guatemala. Sinds het vertrek van de VN-commissie tegen de straffeloosheid (CICIG) in 2019 is de strijd tegen corruptie en straffeloosheid alsmaar terrein aan het verliezen. De waarnemingsmissie is een steun in de rug voor Guatemalteekse sociale organisaties. “Jullie aanwezigheid is van groot belang. Zoals de kaarten nu liggen, is het risico reëel dat er na de verkiezingen nog veel moeilijkere tijden op ons af komen”, zegt de directeur van een internationale mensenrechtenorganisatie in Guatemala-Stad.
Ontmanteling van het gerecht
De in 2006 opgerichte CICIG diende om het Guatemalteekse gerecht te ondersteunen in haar strijd tegen corruptie. Zo hielp ze het Openbaar Ministerie met onderzoek naar corruptiecomplotten in de wetgevende, uitvoerende en rechtelijke macht, wat in 2015 leidde tot afzetting van toenmalig president Pérez Molina. De commissie stelde vast dat de helft van de financiering van politieke partijen te linken was aan omkopingsgeld van invloedrijke Guatemalteekse zakenlui en de georganiseerde misdaad, betrokken bij drugs- en mensenhandel. Toen Molina’s opvolger, president Jimmy Morales, ook in het vizier kwam, zegde die in 2019 de samenwerking met CICIG eenzijdig op. Onder president Giammattei zijn magistraten en openbare aanklagers die nauw hadden samengewerkt met CICIG buiten spel gezet. Twee sleutelposities, de Procureur-Generaal en het hoofd van de Speciale Eenheid tegen de Straffeloosheid (FECI) zijn ingevuld door personen die door het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken zijn opgenomen op de ‘Engel-lijst’, een opsomming van “corrupte en ondemocratische actoren die de strafrechtelijke vervolging van corruptiezaken belemmeren”. Zij openden een heksenjacht op rechters en aanklagers die zaken van hoog risico bleven onderzoeken.
Sindsdien vluchtten meer dan 35 medewerkers van het gerecht het land uit. Meerdere aanklagers die in het land hun werk bleven doen, zijn ondertussen veroordeeld of aangehouden op basis van een twijfelachtige bewijsvoering. Zo ook Virginia Laparra, een anti-corruptierechter uit Quetzaltenango, die vorig jaar is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar. Amnesty International beschouwt haar als een gewetensgevangene en de Belgische organisatie Guatebelga kende haar de Quetzalprijs 2023 voor de mensenrechten in Guatemala toe. Vanuit de gevangenis getuigde Laparra onlangs hoe deze erkenning haar moed geeft en bevestigt in de moeilijke keuze die ze als moeder van twee jonge kinderen gemaakt heeft om de rechtstaat in haar land te blijven dienen.
Vrijheid van meningsuiting onder druk
Niet alleen het gerecht, maar ook de pers moet het ontgelden. De meest geruchtmakende zaak is die van José Rubén Zamora, directeur en oprichter van de krant El Periódico en een internationaal gelauwerd onderzoeksjournalist. Zijn krant spitte ruim tweehonderd corruptiezaken uit en werd beschouwd als een van de belangrijkste onafhankelijke kranten in Guatemala. Het in 2022 tegen hem geopende proces staat bol van de onregelmatigheden. Er loopt inmiddels ook een strafrechtelijk onderzoek tegen acht andere medewerkers van de krant en tegen de vier advocaten die Zamora verdedigen. Door de aanklachten en de financiële gevolgen ervan was de krant genoodzaakt het werk te staken. Op 14 juni is Zamora veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf.
De Inter-Amerikaanse Rapporteur voor de persvrijheid beschouwt deze zaak als bewijs voor de versnelde achteruitgang van de persvrijheid en de democratie in Guatemala. Iedereen die onderzoek verricht naar overheidscorruptie en mensenrechtenschendingen heeft te maken met agressie en de kans op strafrechtelijke vervolging. Tot op vandaag blijft een aantal kleinere onafhankelijke media, die voornamelijk online publiceren, hun kritische werk voortzetten. Ook hier is internationale aandacht een noodzakelijk hart onder de riem voor onafhankelijke journalisten. In het bijzonder voor degenen die vanuit het binnenland verslag doen van schendingen van rechten en conflicten tussen inheemse gemeenschappen en bedrijven.
Wie mag de verkiezingen (niet) winnen?
Verkiezingen zijn in theorie het moment bij uitstek om een beleid af te straffen en te kiezen voor partijen en kandidaten die een andere richting in willen slaan. Maar de samenstelling van de kieslijsten doet vrezen dat dit a priori een onmogelijke zaak wordt. Het Hoog Kiestribunaal (TSE) ligt al maanden onder vuur door verschillende controversiële beslissingen over wie wel of niet verkiesbaar is. Thelma Cabrera, een inheemse leidster, en Jordán Rodas, voormalig ombudsman voor de mensenrechten, vormden een sterk duo als presidents- en vicepresidentskandidaat voor de partij Movimiento para la Liberación de los Pueblos (MPL). Deze partij komt voort uit de inheemse en boerenbeweging CODECA. Het TSE vond een administratieve “fout” bij het afsluiten van het mandaat van de voormalige ombudsman, die hun opkomst onmogelijk maakte. Voor de sociale bewegingen die een ander Guatemala, met een nieuwe grondwet nastreven, zijn deze beslissingen tekenend voor het racisme van de machtige elites die Guatemala al tientallen jaren besturen en hun angst voor de inheemse bewegingen.
Anderzijds oordeelde het TSE dat andere kandidaten, die op basis van de grondwet of een lopende strafrechtelijke aanklacht geweigerd zouden moeten worden, wel verkiesbaar zijn, zoals Zury Ríos Sosa, dochter van ex-dictator Ríos Montt, die voorop gaat in de peilingen. Volgens de grondwet kunnen kinderen van plegers van een staatsgreep zich niet voor het hoogste politieke ambt verkiesbaar stellen, maar dankzij een creatieve interpretatie door het TSE kan ze toch opkomen. Het vooruitzicht dat zij in een tweede ronde het presidentschap kan halen, boezemt velen angst in. Haar entourage maakt deel uit van een ultrarechtse, conservatieve politieke stroming die pleit voor herinvoering van de doodstraf, een volledig verbod op abortus en verwerping van het homohuwelijk. Verschillende sleutelfiguren binnen haar partij zijn indertijd door het Openbaar Ministerie en CICIG onderzocht voor corruptie. Haar partij wil ook een controversiële amnestiewet aannemen die voormalige militairen beschermt tegen vervolging voor misdaden die begaan zijn tijdens de Guatemalteekse burgeroorlog (1960 – 1996).
Opgeven geen optie
De verkiezingen van 2023 vinden dus plaats in een weinig bemoedigend panorama van corruptie, toenemende straffeloosheid en criminalisering van al wie hiertegen ingaat. Als de trend van de vorige verkiezingen zich doorzet en de meerderheid van de bevolking niet gaat stemmen of een blanco of ongeldige stem uitbrengt, komt dit vooral de gevestigde partijen ten goede. Allerlei lokale en nationale organisaties proberen desondanks de bevolking aan te zetten om “te stemmen volgens eer en geweten”. Ze sporen mensen aan om zich te informeren over partijstandpunten en hun stem niet te verkopen aan partijen die valse beloftes doen en voedsel, kledij of een zak cement uitdelen.
Binnen dit weinig aantrekkelijke vooruitzicht reikt de verantwoordelijkheid van de internationale gemeenschap veel verder dan het observeren van het huidige verkiezingsproces. Een rapport dat alle onregelmatigheden, ook in de aanloop van de verkiezingen, documenteert en kadert, is wellicht het beste waar we op kunnen hopen. Tenzij er een mirakel gebeurt, volgen heel waarschijnlijk bittere tijden voor de Guatemalteekse sociale organisaties onder een regering die een beleid van corruptie, onverschilligheid en onderdrukking van protest voortzet. Maar het verleden heeft ook aangetoond dat er altijd eilandjes van hoop en verzet zullen blijven, die koppig blijven bouwen aan alternatieven omdat zij een ander Guatemala willen. Ook na deze verkiezingen moeten we klaarstaan om deze stemmen te horen en hun voorstellen te ondersteunen.
De auteur is beleidsmedewerker bij de Belgische organisatie Broederlijk Delen. Dit is een Vlaamse ngo voor ontwikkelingssamenwerking die zich inzet voor een waardig leven voor gemeenschappen op het platteland in Afrika en Latijns-Amerika.
Foto’s: collectief Festivales Solidarios en Archief Broederlijk Delen (foto Zury Ríos)