Hoe ziet het alledaagse leven er in het huidige Nicaragua uit? In een serie verhalen doet Hans Zwinkels* verslag van zijn bezoek aan het land eind vorig jaar. Alle namen zijn gefingeerd, want journalisten zijn niet welkom onder het bewind van Daniel Ortega en zijn vrouw. De ‘gewone’ Nicaraguaan houdt kritiek en onvrede voor zich uit angst voor repressie.
Deel 1: Introductie
Nicaragua is een bescheiden Midden-Amerikaans land ter grootte van ongeveer vier keer Nederland en telt een bevolking van rond de zeven miljoen inwoners. Op Haïti na is Nicaragua het armste land van Latijns-Amerika. Een meerderheid van de bevolking maakt al sinds mensenheugenis deel uit van een overlevingseconomie; ze houdt zich bezig met de verbouw van basisvoedsel, handeltjes en ambachten. Slechts een minderheid van de beroepsbevolking verricht loonarbeid of is in dienst van de overheid.
Sinds Midden-Amerika in 1823 zelfstandig werd en uiteenviel in een serie economisch en politiek weinig levensvatbare staten, wordt Nicaragua geteisterd door politiek geweld. Twee kampen, conservatieven en liberalen, bevochten elkaar meermaals om de staatsmacht onder leiding van zogenaamde ‘warlords’. De conservatieven staan voor ‘Gezin, God en Vaderland’ en de liberalen staan voor een vrije markt en voor de scheiding van Kerk en Staat. Wie won pakte alles en wie verloor was de klos. Mensenrechten kwamen in het verhaal niet voor.
Nicaragua behoort tot het rijtje bananenrepublieken waar de Verenigde Staten met enige regelmaat intervenieerden, onder andere in het belang van hun multinationals die zich op bananen, katoen en mijnbouw toelegden. In de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw voerde Agusto Cesar Sandino een succesvolle guerrillastrijd tegen de Noord-Amerikaanse bezetters, waarbij hij steun kreeg van de arme boerenbevolking in de bergen. Tijdens vredesonderhandelingen werd hij echter vermoord, wat in 1933 de dictatuur van de familie Somoza inluidde. Dit door de VS gesteunde regime verrijkte zich schaamteloos en maakte zich systematisch schuldig aan moord en martelingen om aan de macht te blijven.
In de jaren zeventig werd het FSLN gevormd, het Sandinistisch Front voor de Nationale Bevrijding, dat zich geïnspireerd wist door het marxisme en het christendom. In 1979 versloeg deze guerrillabeweging de dictatuur van Somoza. Het FSLN maakte een begin met alfabetiserings- en vaccinatiecampagnes en zette een landhervormingsprogramma in gang. In reactie daarop organiseerden en financierden de VS een gewapende strijd van de contrarevolutionairen tegen deze zogenaamde ‘communisten’. Toch werd bij de verkiezingen van 1984 Daniel Ortega, die al vanaf het begin lid was van het FSLN, tot president gekozen.
Overal ter wereld steunden linkse organisaties en regeringen de sandinisten en de regering van Ortega. In ons land ontstonden er tientallen stedenbanden met Nicaraguaanse zustersteden, het blad Fuente van het Nicaragua Comitee had meer dan duizend betalende abonnees en enkele duizenden Nederlanders trokken naar Nicaragua om daar voor kortere tijd als zogenaamde ‘brigadisten’ of voor langere tijd als ontwikkelingswerkers een steentje bij te dragen aan de sandinistische revolutie.
Hoewel de contrarevolutionairen, kortweg de ‘contra’s’, er in de loop van de tijd in slaagden om delen van de boerenbevolking aan hun kant te krijgen, werd de beweging militair in de pan gehakt. In 1990 vonden er verkiezingen plaats, waarbij de sandinisten verloren van de Unión Nacional Opositora (UNO), de oppositiepartij die door de VS was opgezet en gefinancierd. Tijdens de oorlog tussen sandinisten en contra’s waren er veel doden gevallen en de economie van het land lag aan diggelen. De oppositie stelde vrede in het vooruitzicht en had goede betrekkingen met de VS in de aanbieding.
De omslag van 1990 luidde een periode in van zestien jaar neoliberaal bewind. Het minimale sociale vangnet verdween grotendeels en de corruptie nam schrikbarende vormen aan, met name onder president Arnoldo Alemán (1997 -2002), die zich tientallen miljoenen aan overheidsgeld heeft toegeëigend. In december 2002 werd hij in staat van beschuldiging gesteld en een jaar later volgde een veroordeling. In januari 2009 sprak het Hooggerechtshof hem vrij, wat waarnemers een ‘politieke beslissing’ noemden.
Pseudodemocratie
In 2006 kwam het FSLN opnieuw als de grootste partij uit de bus, onder leiding van dezelfde Daniel Ortega die in de tachtiger jaren president was. Ditmaal met de verborgen intentie om de regeringsmacht nooit meer af te geven. Zo ontstnd er een systeem dat je zou kunnen omschrijven als een pseudodemocratie, waarbij er sprake was van fraude en cliëntelisme , maar er nog een redelijke mate van vrije meningsuiting bestond. Arme mensen ontvingen steun in de vorm van kippen, varkentjes en zinkplaten, terwijl de top van regering en partij zich schuldig maakte aan zelfverrijking en een top-down beleid voerde.
In april 2018 barstte de bom doordat het regime niet optrad tegen bosbranden in de jungle, pensioenkortingen doorvoerde en – verreweg de belangrijkste reden – politie en pro-regeringsmilities met scherp liet schieten op regeringstegenstanders. Als reactie daarop gingen tien- en later honderdduizenden mensen de straat op en werd het land maandenlang platgelegd door tegenstanders van het regime die meer dan honderd wegblokkades organiseerden. Na drie maanden sloeg het regime meedogenloos terug, waarna het gedaan was met alle burgerlijke vrijheden.
Daardoor trokken ruim honderdduizend Nicaraguanen naar het buitenland; ‘armen’ naar Costa Rica en ‘rijken’ naar de VS. Honderden politieke tegenstanders van de dictatuur werden gevangengezet, onder wie presidentskandidaten van links en rechts, en elke vorm van protest werd keihard onderdrukt. De regering van Ortega en zijn vrouw en vicepresident Rosario Murillo – de architect van de terreur – krijgt inmiddels de wind van voren van zowel de VS als de Europese Unie. Nicaragua zoekt nu aansluiting bij een serie landen waar het niet best gesteld is met de mensenrechten zoals Rusland, China, Noord-Korea, Syrie, Iran, Cuba en Venezuela.
Politiek zit de zaak binnenlands muurvast. Aan de ene kant het repressieapparaat dat door zo’n 15 procent van de bevolking gesteund wordt, aan de andere kant een grote meerderheid van de bevolking die niets van het regime moet hebben maar er goed aan doet om de onvrede binnenshuis te houden. Wie praatjes heeft loopt niet alleen het risico om in de gevangenis te belanden, maar kan ook zijn nationaliteit kwijtraken en al zijn bezittingen verliezen. Een recent verschenen onderzoeksrapport van de Verenigde Naties concludeert dat er onder het regime van Ortega ‘systematisch mensenrechtenschendingen plaatsvinden’.
* Foto’s: Hans Zwinkels
___________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
Nicaragua Steungroep Nederland
Na april 2018 richtten enkele oudgedienden uit de solidariteitsbeweging en een paar betrokken jongeren in Nederland de Nicaragua Steungroep op. Die geeft ondermeer tweemaandelijks een digitaal bulletin uit: https://mailchi.mp/a647bd8651f6/nica_nieuwsbrief . Daarnaast organiseert de groep steun voor de politieke gevangenen in Nicaragua en voor Nicaraguaanse vluchtelingen in Nederland. Omdat Nicaragua de deur gesloten houdt voor journalisten en mensenrechtenactivisten, bezoeken leden van de Steungroep het land als ’toerist’. Hans Zwinkels (pseudoniem) bezocht Nicaragua eind 2022.