De politieke crisis in Brazilië en een blik op de toekomst
Op 12 mei was het zover. De Braziliaanse senaat stemde over de impeachment van president Dilma Rousseff. De pro-impeachment uitslag was niet echt verrassend. Rousseff is nu voor maximaal zes maanden op non-actief gesteld. Het Centre for Latin American Research and Documentation (CEDLA) organiseerde hierover dezelfde avond een debat in de Balie in Amsterdam. La Chispa doet hiervan verslag.
De salon van de Balie zit stampvol. In het gangpad zitten mensen en bij de openslaande deuren staat een groepje belangstellenden te wachten tot ze naar binnen kunnen. Er is duidelijk belangstelling voor de politieke crisis in Brazilië, het onderwerp van het debat. Aan het woord zijn drie wetenschappers: Kees Koonings, bijzonder hoogleraar Braziliëstudies bij CEDLA, Jose Luiz Ratton, hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Pernambuco in noordoost Brazilië, en Marianne Wiesebron, universitair hoofddocent aan de Universiteit Leiden. Twee vragen staan centraal: Hoe kwam het tot deze impeachment? En wat betekent dit voor de toekomst van Brazilië?
Perfecte storm of staatsgreep?
Ratton begint zijn presentatie echter met een andere vraag: impeachment perfecte storm of staatsgreep? In de bijeenkomst neigt de stemming duidelijk naar het laatste. Maar laten we beginnen met de feiten. Op 12 mei werd Dilma Rousseff, na de stemming in de Senaat, tijdelijk op non-actief gezet. Dit is de op één na laatste stap van de impeachmentprocedure. In de komende zes maanden zal er een onderzoek en proces – door een senaatscommissie – moeten komen waarna de senaat nogmaals zal stemmen voor of tegen impeachment. Koonings is hier duidelijk over: “De impeachment komt er zeker. Laten we onszelf niet voor de gek houden.”
Maar op welke gronden wordt Rousseff eigenlijk afgezet? Een impeachment, zo zegt Ratton, is een extreme maatregel, ingebouwd in de presidentiële democratie, om straffeloosheid van de president te voorkomen. De president moet hiervoor een zogeheten crime de responsabilidade (verantwoordelijkheidsmisdaad) begaan.
Rousseff wordt ervan beschuldigd niet eerlijk te zijn geweest over het begrotingstekort in aanloop naar de presidentsverkiezingen van 2014. Een dergelijk manipuleren van cijfers gebeurt in de politiek regelmatig, niet alleen in Brazilië. Ondertussen lopen tegen ongeveer 60 procent van de leden van het parlement en de Senaat aanklachten wegens corruptie. Voor de duidelijkheid, dit zijn de mensen die beslissen over Rousseff’s impeachment. Tegen Rousseff zelf loopt echter geen enkele aanklacht wegens corruptie of het aannemen van steekpenningen. De sprekers in de balie zijn er dan ook duidelijk over. Een staatsgreep is een groot woord, maar dit is niet waar de impeachmentprocedure voor bedoeld is.
Hoe kon het dan toch zover komen? In de internationale pers wordt veel gesproken over twee zaken, die zeker hebben bijgedragen: de economische crisis en het genoemde Petrobrás-schandaal. Koonings betoogt echter dat het belangrijk is verder te kijken: “Natuurlijk zijn beide factoren belangrijk, maar in principe zijn het geen onoverkomelijke problemen voor een regering.” Wat is er dan wel aan de hand? Vier belangrijke factoren komen herhaaldelijk terug in het debat.
Onrust in de middenklasse
Allereerst de klassenverhoudingen in Brazilië. Brazilië is van oudsher een land met grote sociale ongelijkheid. De afgelopen dertien jaar, onder de regeringen van de PT (Arbeiderspartij) van Lula en Rousseff, kwam hier echter langzaam verandering in. De lagere middenklasse groeide sterk, waardoor de oude, hogere middenklasse veel van haar privileges zag verdwijnen. Wiesebron laat bijvoorbeeld demonstranten zien die klagen dat ze niet langer een inwonende empregada (huishoudster) kunnen vinden.
Volgens Koonings was dit allemaal niet zo’n groot probleem toen het economisch nog goed ging met Brazilië, maar de crisis zette deze veranderende sociale verhoudingen op scherp. De rechtse en centrumrechtse politieke oppositie heeft, zo zeggen deze wetenschappers, handig gebruik gemaakt van deze ontevredenheid bij een groot deel van de rijkere bevolking. Een van de aanwezigen doet een duit in het zakje: “De PT wordt dus eigenlijk niet gestraft voor wat het fout heeft gedaan, maar voor wat het goed deed: de ongelijkheid verminderen en de armoede terugdringen.”
Anti-Lula
Een tweede belangrijke factor is de rol van de media. Wiesebron wijst naar mediagigant Globo en grote kranten zoals Folha en Estado do São Paulo, die niet bepaald positief berichtten over Rousseff en de PT. Volgens mensen in de zaal hielp het daarbij niet dat Rousseff een vrouw is. Aanvallen waren sterk op haar persoonlijk gericht: ze zou geen charisma hebben en politiek niet tactisch zijn. In macho-Brazilië was ze in dit opzicht wellicht een relatief makkelijk doelwit, en keerde de publieke opinie zich langzaam tegen haar.
Gender-gerelateerd of niet, impeachment zou volgens de drie sprekers nooit gelukt zijn bij voorganger Lula, die in Brazilië nog altijd populair is. Volgens Koonings en Wiesebron was juist Lula’s aankondiging zich weer verkiesbaar te willen stellen in 2018 voor de oppositie een belangrijke motivatie om de PT aan te vallen. “Deze impeachment was eigenlijk meer anti-Lula dan anti-Dilma,” aldus Wiesebron. “Ze wilden koste wat kost voorkomen dat de PT nog langer aan de macht zou blijven.” Ze wijst daarbij op de diepgewortelde haat jegens de PT onder de rijkere klassen, die, zo zegt ze, niet onderschat moet worden.
Zelfreflectie
Toch heeft ook de PT zelf fouten gemaakt, de derde belangrijke factor. Ratton zegt dat dit bij uitstek een moment is voor links om kritisch naar zichzelf te kijken. Politieke problemen zoals corruptie en de politieke relatie met sociale bewegingen – de traditionele achterban – kregen niet genoeg serieuze aandacht binnen de PT tijdens de dertien jaar dat de partij regeerde.
Edmund Amann, een econoom uit de zaal, geeft hierbij belangrijke aanvullingen. Tijdens de periode van groei is onvoldoende gewerkt aan het uitbreiden van de economische mogelijkheden en daarmee het leggen van een bredere basis voor groei op de lange termijn. En hoewel er geïnvesteerd werd in onderwijs, bleven grootschalige hervormingen ook op dit gebied uit.
Politieke bondjes
Een ander probleem dat de PT onderschat lijkt te hebben is het belang van politieke allianties. Dit is gerelateerd aan de vierde factor: het ingewikkelde politieke systeem van Brazilië. Brazilië heeft een stelsel met een groot aantal kleine partijen. De regeringspartij moet daarom coalities vormen om te kunnen regeren. Wiesbron ziet hier een belangrijk probleem: “Met een grote coalitie met veel partijen sta je politiek sterk, maar moet je veel compromissen sluiten die een goed beleid in de weg staan. Met een kleine coalitie heb je simpelweg niet de politieke macht om veranderingen door te voeren.”
Lula was, zo benadrukt Koonings, een meester in het vormen van politieke bondjes. Rousseff is hier een stuk minder handig in. Bovendien was het voor de kleine partijen lucratief om samen te werken toen het economisch goed ging en Lula mateloos populair was. Met de economische crisis en de dalende populariteit van Rousseff begonnen steeds meer coalitiepartijen hun bondgenoten elders te zoeken.
En nu?
En dan de toekomst. Het eerste wat nu gebeurt is het installeren van de regering van vicepresident Michel Temer, die waarschijnlijk een meer rechts georiënteerd, liberaal beleid zal invoeren. Ratton ziet het somber in: “Dit zal de ongelijkheid weer vergroten. Ook zal deze conservatieve regering stappen terugzetten op het gebied van emancipatie van vrouwen, inheemse groepen, raciale gelijkheid en LGTB’s.” De nieuwe regering van Temer, die alleen uit blanke mannen bestaat, lijkt dit al te bevestigen. Het is de eerste regering zonder vrouwen in ruim 35 jaar.
Amann voegt hieraan toe: “Op economisch gebied zal dit misschien een korte opleving veroorzaken, maar als er geen grootschalige hervormingen worden doorgevoerd zal Brazilië op de lange termijn tegen dezelfde economische problemen aanlopen.”
En de verkiezingen van 2018? De drie sprekers denken dat centrumrechts de meeste kans maakt. De kandidatuur van Lula is zeer onwaarschijnlijk geworden na deze klap voor de PT. Volgens Koonings zal politiek links intuïtief teruggaan naar de sociale bewegingen, de straat op – waardoor de kloof tussen links en rechts groter zal worden.
Hoewel een enkeling in het publiek protesteert, lijkt het de sprekers onwaarschijnlijk dat er de komende jaren nog een grote rol is weggelegd voor de PT. Ratton benadrukt dat links zich in Brazilië opnieuw uit zal moeten vinden. Hoe dat uit zal pakken is niet te voorspellen. Zeker is wel dat Brazilië – na dertien jaar PT-regeringen – grote veranderingen te wachten staat.
Lees ook ons redactioneel over het afzetten van Dilma Rousseff