Interview met Juanita León van de Colombiaanse website La Silla Vacía
Generaal Mora nam in maart 2015 ontslag als onderhandelaar bij de Colombiaanse vredesbesprekingen in Havana. Zogenaamd om persoonlijke redenen. La Silla Vacía (De Lege Stoel, LSV) zocht het uit. Wat bleek? Aan de onderhandelingstafel werd besproken welke verantwoordelijkheid voor mensenrechtenschendingen het leger had. Mora wilde de verantwoordelijkheid leggen bij de bewuste militairen zelf, de ‘rotte appels’. Maar besloten werd dat de verantwoordelijkheid ook institutioneel kon zijn, van het leger als geheel.
Dit is illustratief voor de journalistiek zoals La Silla Vacía die beoefent. Tegenwoordig heeft de Colombiaanse website, in 2009 opgericht door Juanita León (1970), tussen de 450.000 en 900.000 unieke bezoekers per maand, goed voor tussen de 1,5 miljoen en 2 miljoen pageviews per maand.
Op 15 december 2016 kreeg León voor LSV in Amsterdam een Prins Claus Prijs uitgereikt. “Het is eer. Je hoort niet vaak dat de journalistiek een bijdrage levert aan cultuur. Het is een erkenning dat we op de goede weg zitten als zo’n prestigieuze organisatie ons heeft uitverkoren uit zo veel gegadigden wereldwijd.”
Tevergeefs wachten
Het Prins Claus Fonds, dat dit jaar twintig jaar bestaat, reikt jaarlijks prijzen uit aan personen en organisaties met uitzonderlijke verdiensten op het gebied van cultuur en ontwikkeling. LSV krijgt de prijs “voor zijn buitengewone bijdrage aan de burgerzin en de democratie in Colombia. De vernieuwende digitale benadering van LSV stimuleert participatie van de bevolking en wekt op tot inhoudelijk debat over maatschappelijke kwesties”, aldus de Prins Claus Prijzen Commissie.
De naam van de website verklaart León als volgt. “In Colombia heeft diegene die de stoel leeg laat de meeste macht. Denk aan de mislukte vredesbesprekingen in 2001, toen toenmalig FARC-leider Marulanda niet op kwam dagen en president Pastrana alleen achter de onderhandelingstafel zat, naast een lege stoel. Verder is er tijdens het schandaal van de parapolítica, waarbij politici banden hadden met de illegale paramilitairen, een wet aangenomen die bepaalde dat de stoel van parlementariërs die moesten aftreden niet bezet kon worden. En toenmalig president Uribe liet vertegenwoordigers van inheemse stammen tevergeefs wachten.”
Blunder
Wat had u met LSV voor ogen toen u begon? “Ik wil uitleggen hoe de macht werkt én aantonen dat het in Colombia mogelijk is om onafhankelijke journalistiek te beoefenen. Minder gezagsgetrouw, frisser in taalgebruik. Het moest volledig digitaal zijn, want papier is te duur en internet biedt onbegrensde mogelijkheden.”
In een conflictueus land als Colombia moet de pers haar woorden op een goudschaaltje wegen, zou je denken. Maar ondanks de kritische noot is LSV nooit bedreigd, zegt León. “De gevoeligheid ligt vooral bij het schrijven over andere media, als die een fout maken. Er is een stilzwijgende afspraak dat je elkaar niet bekritiseert. Dat pact hebben we gebroken, want we vinden dat de media een machtsfactor vormen. Wij media zijn niet gewend om bekritiseerd te worden.”
LSV werkt heel nauwkeurig en checkt voor publicatie de feiten goed. “Een enkele keer hebben we moeten rectificeren. De enige blunder was toen ik schreef dat het leger FARC-leider Alfonso Cano had gedood, terwijl dat toen niet waar was. We zijn twee keer aangeklaagd, maar die processen hebben we gewonnen.”
Uit de gratie
Voordat León aan haar avontuur begon, werkte ze bij traditionele media als dagblad El Tiempo en weekblad Semana. “Colombia kent een traditie van goede journalisten, maar we zijn te afhankelijk van de macht. De media zijn nauw verbonden met de economische en politieke macht. Landelijke media als dagblad El Espectador en televisiezender Caracol behoren tot het economische conglomeraat van de familie Santo Domingo. El Tiempo is van Luis Carlos Sarmiento, de rijkste man van Colombia. Televisiezender RCN is van Carlos Ardila Lule, de leider van een ander economisch conglomeraat.”
Er zijn periodes dat media meer vrijheid hebben of nemen, geeft León aan. “Semana bijvoorbeeld was heel onafhankelijk en kritisch tijdens de regering Uribe (2002 – 2010). Nu is het een ander verhaal. Eigenaar Felipe López van Semana is een goede vriend van president Santos. Bovendien is López de zoon van een ex-president en kleinzoon van een andere ex-president. De directeur van Semana is een neef van Santos. Met LSV bevinden we ons in de bevoorrechte positie om op een onafhankelijke manier te kunnen vertellen hoe de machtsverhoudingen lopen, juist omdat we er ons buiten bevinden.”
Hoe gaat u te werk? “We praten met alle partijen, doen hoor en wederhoor en checken onze feiten.” Bij gevoelige verhalen zijn bronnen van LSV vaak anoniem. “Zonder hen zou de helft van onze verhalen niet mogelijk zijn”, geeft León aan. “We voeren geen anonieme bron op als mensen iemand ergens van beschuldigen. We merken dat mensen on the record een ander verhaal vertellen dan off the record. In Colombia is de maatschappij klein. Mensen zijn afhankelijk van de staat en bang om uit de gratie te vallen of een contract te verliezen als ze bijvoorbeeld de president bekritiseren. Dat hoeft niet eens daadwerkelijk zo te zijn, maar de angst bestaat en dat is al genoeg.” Wie de macht heeft, beslist hoe en wat er gezegd wordt, stelt León. “Om in zo’n context onafhankelijk te blijven als journalist is niet makkelijk, want naast journalistieke spelen er andere belangen. Mentale restricties duiken dan op, zelfcensuur.”
Beperkend
Taal is niet neutraal. “Vocabulaire kan ideologisch geladen zijn. Je moet en kan wel duidelijk zijn. Secuestro (ontvoering) hebben we altijd secuestro genoemd, ook al stelt de guerrilla het voor als retención (vasthouden). Tegelijkertijd hebben we de guerrilla nooit terroristen genoemd. Maar als ze een terroristische daad uitvoerden, dan noemden we dat wel een terroristische daad.
Ik geloof dat de guerrilla een gewapende politieke groepering is die terroristische handelingen heeft begaan en voor een deel door drugs is gecorrumpeerd. Vaak oefent de guerrilla in haar gebied een sociale macht uit. Guerrillastrijders zijn politiek gedreven en hebben revolutionaire idealen, die ik niet deel.” Om ze louter als terroristische organisatie te zien, zoals ex-president Uribe deed, vindt León te beperkend. “Dan zouden ze minder gevaarlijk voor het land zijn. Omdat ze politiek met terrorisme combineerden, waren ze een echte bedreiging voor de staat. Daarom was het zo moeilijk om ze met militaire middelen te verslaan.”
Influentials
Uit een lezersenquête van LSV blijkt dat tachtig procent universitair is opgeleid of studeert. Bijna alle lezers zitten in Colombia, 70 procent is man, qua leeftijd is 50 procent tussen de 18 en 34 jaar. “LSV heeft op Twitter 872.000 en op Facebook 130.000 volgers. Het zijn mensen die geïnteresseerd zijn in publieke zaken en meer willen weten.” Hoe wilt u nieuwe lezers bereiken? “We bevinden ons in een niche en richten ons op de influentials, die anderen beïnvloeden. Bijvoorbeeld een gemeenschapsleider op het platteland, of iemand van de economische elite. Verder zijn we actief in de sociale netwerken. Mensen zijn steeds meer op internet gericht, de traditionele media verliezen invloed.” LSV begon in Bogotá en heeft nu ook regionale sillas, in de departementen Chocó en Santander en aan de Caribische kust. “Daardoor krijgen we een publiek dat we voorheen niet bereikten, omdat we over zaken schrijven die in hun regio spelen.”
De volle stoel
“Journalisten staan steeds minder centraal bij het genereren van informatie. Mensen halen minder nieuws uit de krant en meer uit hun timeline op Facebook. Het probleem daarbij is dat mensen geen onderscheid maken wat de bron is.” In dit tijdperk kan iedereen met een mobiele telefoon ‘nieuws’ op internet plaatsen. Hoe kijkt u daar tegenaan? “Bij een bepaalde gebeurtenis kunnen mensen natuurlijk een foto nemen en doorsturen. In Colombia zitten veel mensen op Facebook en Twitter. Iedereen heeft een mening. Maar hoeveel mensen hebben nou echt op feiten gebaseerde informatie? Heel weinig. Het idee van burgerjournalistiek is wat mij betreft overgewaardeerd.”
LSV had een sectie op de website waar burgers konden publiceren. “Wij redigeerden, maar het ging vaak verkeerd. Mensen wilden wraak nemen op iemand of promoten hun eigen zaak. Daar zijn we mee gestopt. We bieden nu een podium aan experts die over een bepaald onderwerp publiceren, waarop mensen kunnen reageren. Dat platform heet La Silla Llena (De Volle Stoel).”
Een voorbeeld waarbij burgerparticipatie goed werkt, heeft León ook. “We deden onderzoek naar procurador Alejandro Ordóñez. Hij is hoofd van het juridische orgaan dat beslist over disciplinaire controle van overheidsfunctionarissen. Die liet zich verkiezen door allerlei familieleden te benoemen van senatoren en rechters, in ruil voor steun aan zijn herverkiezing tot procurador. Dat is verboden. Wij hebben toen op basis van de wet van openbaar bestuur opgevraagd wie de laatste zes maanden benoemd waren op publieke functies die meer dan 18 miljoen pesos (€5.700) per maand verdienen. Die namenlijst publiceerden we op onze site. We vroegen het publiek om hulp om te achterhalen wie familie of vriendje was van een senator of magistraat. Dat onderzoek vormde de basis waardoor Ordóñez en andere mensen uit hun functie konden worden. Nu is hij kandidaat voor de presidentsverkiezingen in 2017, wat nog erger is.”
Mijlpaal
León won de prestigieuze Premio Gabo de Periodismo, genoemd naar schrijver en journalist Gabriel García Márquez, voor haar berichtgeving over de vredesonderhandelingen in Cuba, die ze vanuit Bogotá analyseerde en waarvoor ze een aantal keer naar Havana afreisde. “Het is een van de belangrijkste journalistieke prijzen in Latijns Amerika. De gesprekken aan de onderhandelingstafel waren achter gesloten deuren, maar we analyseerden wat de gevolgen waren van de informatie die naar buiten kwam en van het vredesakkoord. Bijvoorbeeld op het gebied van eigendomsrechten van grond. Hoeveel topografen heeft het instituut dat de grondkwestie moet aanpakken nodig? Wat zijn de politieke implicaties? Het ging ook over gerechtigheid en de rol van de kerk en de militairen. Want in de waarheidscommissie gaan veel polemische dingen naar boven komen.”
Hoe ziet u de toekomst van Colombia? “Het staakt-het-vuren en het vredesakkoord zijn een mijlpaal. In de stad kon je relatief ongestoord je leven leiden. Maar in een plattelandsdorp kon het zo maar zijn dat je leefde onder het juk van een zeventienjarige met een wapen. Het conflict heeft zich kunnen uitbreiden omdat in veel gebieden de staat niet aanwezig is. Het vredesakkoord vereist goed functionerende overheidsinstanties om de akkoorden uit te voeren. Hoe gaan ze projecten van onderwijs en gezondheidszorg uitvoeren? Nu is er niets. De guerrillabeweging ELN en de bandas criminales zijn er nog. Hoe garanderen we de veiligheid van gedemobiliseerde strijders en sociale organisaties? Colombia heeft een traumatische geschiedenis als je kijkt naar de politici van de Unión Patriótica. Dit was een legale politieke partij, voortgekomen uit de vredesakkoorden tussen de regering van Betancur en de Farc. In de jaren tachtig zijn systematisch drieduizend UP-personen vermoord. Het zou verschrikkelijk zijn als zoiets opnieuw gebeurt.”
Verzoenen
De grootste uitdaging is om het vredesakkoord te implementeren in een land dat zo verdeeld is over de FARC. “In het referendum verwierpen de kiezers met een minimale marge in eerste instantie het vredesakkoord. Vervolgens is het akkoord aangepast, maar niet op de twee punten waartegen de Nee-stemmers het meeste bezwaar hadden: het gebrek aan gevangenisstraffen en de niet-verkiesbaarheid van de guerrillastrijders. Het wordt dus moeilijk om het vredesakkoord goed uit te voeren, want er is weinig bereidheid om de voormalige strijders op te nemen in de samenleving en te verzoenen. De steun voor president Santos is klein. Volgend jaar beginnen de campagnes voor de presidentsverkiezingen in 2018. Oud-president Uribe gaat door met het bekritiseren van het vredesakkoord.”
Een ander probleem is de drugshandel. “Die is de laatste jaren enorm gegroeid. De vrees leeft dat als de FARC stopt en de wapens neerlegt, dat hun plaats wordt ingenomen door criminelen. De FARC trad op als een stabiliserende factor in de cocateelt. Nu de FARC wegvalt, verwacht ik dat de markt wordt gedestabiliseerd.”
Mandela en Tutu
U woonde in Zuid-Afrika ooit sessies van de waarheidscommissie bij na het einde van de Apartheid. Wat kan Colombia daarvan leren? “Die sessies toonden me hoe zwaar het voor de Zuid-Afrikaanse samenleving was om de waarheid onder ogen te zien, ook al kenden ze die. Maar de waarheid maakte dat niemand het gebeurde kon ontkennen. Ook in Colombia is dat essentieel, want er zijn mensen die ontkennen dat er verdwijningen zijn geweest. Of guerrillastrijders praten over zichzelf als een stel missionarissen. In Zuid-Afrika voelde ik dat de onderlinge haat onder de Zuid-Afrikanen bleef bestaan, maar ze vermoorden elkaar niet meer. In Colombia heb ik nooit zulke haat tussen de mensen gevoeld. En toch vermoorden we elkaar. Ik weet niet of de haat later komt.”
“Ik denk dat in Zuid-Afrika de figuren van Nelson Mandela en Desmond Tutu een moreel kompas gaven, ondanks alle verschrikkingen. In Colombia hebben we niet zulke leiders. Het probleem is dat veel leiders vermoord zijn. Bijvoorbeeld Jaime Garzón, een humorist. Links en rechts bewonderden hem, maar hij is vermoord. Er zijn in Colombia weinig leiders met wie iedereen zich identificeert, ondanks hun politieke overtuiging. Het is dus moeilijk, maar ik denk dat als het Zuid-Afrika gelukt is en in vrede leeft, wij dat ook moeten kunnen.”
Kijk voor meer informatie op www.lasillavacia.com en op www.princeclausfund.org.
De foto’s van de uitreiking van de Prins Claus Prijzen zijn van Frank van Beek. Voor meer informatie zie http://www.frankvanbeek.nl/