Stap vooruit voor dieren, maar ook verlies van circuscultuur
Sinds 15 september is het in Nederland verboden om op te treden of rond te reizen met wilde circusdieren. Circussen zonder dierenacts hebben geleid tot lagere bezoekersaantallen. Om deze reden ging Circus Renz bijvoorbeeld failliet in oktober van dit jaar. Maar niet alleen in Nederland is het gebruik van circusdieren een actueel onderwerp. In veel landen in Latijns-Amerika woedt er een soortgelijke discussie, of sterker nog, bestaat er al langer een verbod op het inzetten van wilde dieren in circussen.
Net zoals in Nederland ging dit jaar ook in Mexico een verbod in op circussen met wilde dieren, op 8 oktober om precies te zijn. Hiermee komt een eind aan een traditie van 200 jaar van circusvoorstellingen met dieren in Mexico. Nu hoort Mexico in het rijtje van andere Latijns-Amerikaanse landen met een dergelijk verbod: Colombia, Costa Rica, Peru, Bolivia, Brazilië, Paraguay, Uruguay en Nicaragua gingen het land voor. In december 2014 besloot het Mexicaanse Congres om circussen met wilde dieren in het hele land te verbieden, na het aannemen van een wetsvoorstel dat ingediend was door de groene partij Partido Verde Ecologista de México (PVEM) en de sociaaldemocratische en liberale Movimiento Ciudadano (CM). Tachtig procent van de Mexicaanse bevolking zou, volgens de Amerikaanse dierenwelzijnsorganisatie Animal Humane Society, het verbod steunen.
Euthanaseren
Sinds het uitspreken van het verbod is de discussie opgelaaid over het lot van deze circusdieren. Mexico blijkt niet voorbereid te zijn op zo’n verbod: er ontbreekt een concreet plan om de dieren op te vangen én de circushouders tegemoet te komen. Er zitten slechts tien maanden tussen het besluit en het ingaan van het verbod.
Armando Cedeño, de voorzitter van de vereniging van eigenaren van circussen (Asociación de Operadores de Circos México) gaf in maart aan dat veel circushouders overwogen hun circusdieren te laten euthanaseren wegens gebrek aan herplaatsingsmogelijkheden. Volgens hem is er in de meeste gevallen geen geld om de dieren te onderhouden als ze geen acts doen.
De circussector beweert dat het om vierduizend dieren gaat, terwijl het Secretariaat van Milieuzaken het houdt op duizend. Slechts vijfenvijftig circussen hebben een inventaris ingeleverd met aantallen, waardoor het totaal aan circusdieren onbekend is. In Mexico waren er vóór het verbod tweehonderd circussen met vergunningen om wilde diersoorten te houden. Ongeveer vier- à vijfduizend families zijn hier financieel afhankelijk van. In Mexico ligt er bij circussen sterk het accent op dierenacts, waardoor andere soorten circusacts nog vrij onbekend zijn onder het gros van het publiek.
Bavianen en dromedarissen
De eigenaar van de dierentuin Aldama in Chihuahua, Alberto Hernández, stelt dat de wet geen rekening houdt met het lot van de circusdieren na het verbod. De nieuwe wet verplicht eigenaren van circusdieren de gegevens over hun dieren te delen met het Secretariaat van Milieu, die samen met dierentuinen en centra de opvang regelt. Maar diezelfde dierentuinen en centra geven aan dat de benodigde capaciteit ontbreekt om alle circusdieren op te vangen. Circushouders geven aan niet te weten waar ze heen moeten met hun dieren.
Mexico wordt geteisterd door drugsgeweld en de samenleving gaat gebukt onder de aanhoudende vloed van moorden en verdwijningen. Andere maatschappelijke problemen zijn armoede en werkloosheid. Dierenwelzijn heeft geen prioriteit in Mexico. Ondertussen vragen Mexicaanse en Internationale dierenwelzijnsorganisaties aandacht voor de problematiek rondom de opvang van circusdieren.
Het ontbreken van een goed doordachte strategie werd goed zichtbaar in Yucatán: twintig Bengaalse tijgers, bavianen, dromedarissen en kamelen werden in transportkooien achtergelaten op het terrein van het politiebureau van Ixmatkuil, Mérida. De dieren zijn uiteindelijk opgevangen door Profepa, een overheidsorgaan dat zich bezig houdt met het beschermen van het milieu en dieren. Nu zijn ze opgenomen in de dierentuin El Centenario in Mérida.
Lage entreeprijzen
Profepa en het Secretariaat van Milieuzaken werken samen om oplossingen te vinden en alle dieren te herplaatsen in de beschikbare opvangcentra in Mexico. Er wordt ook gedacht aan de mogelijkheid om dieren te verplaatsen naar reservaten in de Verenigde Staten, Thailand en Kenia. Vijfentwintig zoogdieren zijn de afgelopen zomer al herplaatst naar de non-profit organisatie The Wild Animal Sanctuary in Denver, die al eerder dieren uit Mexico opving. En de non-profit Animal Defenders International, die een tak heeft in Latijns Amerika, wil twee nieuwe opvangplaatsen bouwen in Mexico als dit nodig is (tekst gaat verder onder foto).
Circushouders zijn niet alleen ontevreden over het verbod op circusvoorstellingen met wilde dieren, maar ook over het ontbreken van een herplaatsingprogramma en een strategie voor het ondersteunen van de circuseigenaren die door het verbod getroffen zijn. Volgens Armando Cedeño, voorzitter van een verbond van circusondernemers in Mexico (Unión Nacional de Empresarios y Artistas de Circo) is de hoeveelheid circusvoorstellingen met 70 tot 80 procent afgenomen na bekendmaking van het verbod en hebben veel circussen hun deuren moeten sluiten. Cedeño is zelf eigenaar van een circus en ziet een sterke afname in de bezoekersaantallen. Hoewel hij plaats heeft voor duizend mensen, trekt hij voor zeer lage entreeprijzen gemiddeld maar vijftig bezoekers per voorstelling.
Ecologisch circus
Don Efraín Coutiño, in Mexico bekend als Yin Pin, werkt al 40 jaar in de circussector. Hij zegt dat hij door de nieuwe wet bijna failliet is. Hij hield circusvoorstellingen met dieren, maar hij heeft inmiddels zijn shows aangepast. De bezoekers blijven weg. Hij is verontwaardigd omdat de regering geen enkele financiële steun biedt aan de circusondernemingen. Hij heeft ideeën voor een nieuw concept voor een circus zonder dieren en noemt het ‘het ecologische circus zonder dieren maar met humor’. Hij wil de dierenacts vervangen door shows met clowns, koorddansers, jongleurs, goochelaars, acrobatiek en muziek: activiteiten die vóór het verbod slechts op kleine schaal plaatsvonden in Mexicaanse circussen. Om zijn plannen te waar te maken heeft hij financiële steun nodig. Verder geeft Coutiño aan dat de circushouders het momenteel financieel erg moeilijk hebben. Hij wil geen geld cadeau krijgen, maar zoekt een constructie waarin circussen gratis mogen optreden in een gemeente en gedurende festiviteiten gecontracteerd worden. Zo kan hij optreden op plekken waar ze nooit een clown gezien hebben.
Verlies
De meerderheid van de Mexicanen was vóór een verbod op circussen met wilde dieren en de Mexicaanse regering heeft hier gehoor aan gegeven. Echter, de overheid heeft belangrijke steken laten vallen. Er is geen opvang beschikbaar voor alle circusdieren en er moeten noodoplossingen gevonden worden. De circussector bemoeilijkt daarnaast de opvang door geen transparantie te bieden over het totaal aan dieren. Daarnaast voelen circushouders zich in de steek gelaten door het ontbreken van een strategie om hun bedrijven in leven te houden. Van ondernemers mag verwacht worden dat ze de verantwoordelijkheid hebben om hun bedrijf te vernieuwen als dat nodig is, maar de snelheid waarmee de wet tegen circusdieren is doorgevoerd, maakt dit moeilijk. Veel circussen hebben inmiddels de deuren moeten sluiten. Het is goed dat Mexico een stap voorwaarts maakt wat betreft dierenwelzijn, maar tegelijkertijd betekent het niet investeren in andere circusvormen een verlies van de circuscultuur. De komende maanden zullen beslissend zijn voor het voortbestaan van circussen in Mexico.