Plastic en rioolwater vervuilen iconisch vulkaanmeer in El Salvador
Het meer Coatepeque in El Salvador, prachtig gelegen in een oude krater en omringd door vulkanen en groene bergruggen, ziet er idyllisch uit. Sinds 2015 krijgt het jaarlijks voor enkele dagen een prachtige turquoise kleur. Vermoedelijk is dit het effect van een verborgen kwaal: watervervuiling door plastic en riolering. Het kratermeer Coatepeque ziek is en dreigt over tien jaar te sterven. Bewoners zetten zich in om het meer te redden, maar krijgen daarbij nog te weinig steun van de overheid.
Zo’n achtduizend mensen leven aan de oevers van het iconische kratermeer Coatepeque. Maandelijks komen er twintigduizend toeristen. Met de stijging van de bevolking, het toerisme en de handel groeit ook het afval in het water. Het kratermeer is hard op weg net zo vervuild te raken als de twee meest vervuilde meren van Midden-Amerika, het Atitlán-meer in Guatemala en het Xolotlán-meer in Nicaragua. Beide meren zijn zodanig vervuild dat het water niet meer geschikt is als drinkwater.
Alejandro Villacorta, directeur van de stichting Fundación Coatepeque, opgericht om het Salvadoraanse meer te beschermen, ziet het somber in: “Uit ons onderzoek blijkt de ernstige staat van het meer. Het heeft zo’n tien jaar te leven als we het huidige ritme blijven volgen… Naarmate de tijd vordert kunnen de bewoners schade lijden en kunnen ziektes kunnen verergeren door de vervuiling.”
Plastic en kadavers
Juana Hilda Hernández (45 jaar) leeft sinds haar geboorte maar een paar meter verwijderd van de oevers van Coatepeque. Regelmatig vindt ze plastic afval langs de waterkant. Sinds tien jaar verzamelt ze plastic flessen en tasjes. Aan langskomende vrachtwagenchauffeurs verkoopt ze het verzamelde plastic, wat inkomsten oplevert voor haar gezin. Hoewel het volgens Hernández niet veel geld opbrengt, draagt het bij aan het schoner houden van het water. Jaarlijks wordt in totaal vijfhonderd ton plastic uit het meer gehaald.
De omwonenden van het meer gebruiken het water om hun kleding te wassen, te koken en soms zelfs als drinkwater. In de gemeenschap Los Leones, in de gemeente El Congo, leven zo’n tachtig gezinnen. Veilig drinkwater verkrijgen ze via waterbronnen die met een pompsysteem werken. Gemiddeld drie keer per week kunnen ze water tappen. Doordat dit water niet stabiel en zeker toegankelijk is, moeten ze ook water uit het meer gebruiken. Hernández probeert zuinig met water om te gaan en zo min mogelijk water uit het meer te gebruiken. Dat water is niet alleen vervuild met afval, maar ook met uitwerpselen. Soms vindt men er zelfs kadavers van mensen en dieren. De inwoners van Los Leones proberen zoveel mogelijk drinkwater in flessen te kopen, maar dit is duur. Sommigen drinken daardoor water uit het meer.
Turquoise
De afgelopen vijf jaar verandert jaarlijks, enkele dagen lang, de kleur van het water van Coatepeque in turquoise. Tussen 1982 en 2015 was deze verkleuring maar vier keer waargenomen. Een afgerond onderzoek naar de oorzaak van de verandering van kleur is er nog niet. Wateranalyses van de Universiteit van El Salvador tonen geen verhoging van het aantal bacteriën of algen als het water turquoise kleurt. De bodem van het kratermeer bevat vulkanische mineralen, zoals calcium en silicium. Deze elementen hebben in andere rivieren en meren te maken met de blauwgroene kleur. Als er vulkanische activiteit in het kratermeer plaatsvindt, kunnen oude bodemsedimenten in het water terechtkomen en de verkleuring veroorzaken. Volgens minister van Milieu Fernando López is er echter geen vulkanische of tektonische activiteit geregistreerd die de recente verkleuringen kan verklaren. Het meer is verder een gesloten systeem, waarbij geen nieuw water binnenstroomt uit rivieren of andere meren. López vindt het waarschijnlijker dat de aanwezigheid van chemicaliën in het water verantwoordelijk is voor de verandering van kleur. Duidelijk is dat de chemische samenstelling van het meer verandert.
Micro-organismen
Dat betekent dat het meer onvoldoende wordt beschermd tegen vuil. Volgens Villacorta van de stichting Coatepeque wordt die bescherming door de autoriteiten slecht gecoördineerd. Er moet allereerst een eind komen aan het direct in het meer lozen van rioolwater van woningen en horeca. Van de achtduizend mensen die rondom de oevers leven, bezit 98 procent geen septic tank die het sanitair afvalwater zuivert. Dit is de belangrijkste reden van vervuiling van het meer.
De in 1994 door de bewoners opgezette stichting Coatepeque probeert het meer te beschermen tegen de vervuiling. De stichting wil dat er een goed systeem komt voor het afvoeren van het rioolwater. Dat blijkt moeilijk door de hoge aanleg- en onderhoudskosten. De stichting zoekt al jaren naar een werkbare oplossing met de lokale autoriteiten.
Volgens Rubén Sorto, bioloog van de stichting Coatepeque, zorgt de accumulatie van afvalwater in het meer voor een overschot aan nutriënten in het water, zoals fosfor, kalium en stikstof. Deze elementen bevorderen de verspreiding van micro-organismen die schadelijk kunnen zijn voor mensen en dieren. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) vormen hoge niveaus van nutriënten in het water een probleem voor het welzijn van mensen die rondom het water leven. Als het lozen van afvalwater doorgaat, raakt het water verder vervuild én wordt het steeds schadelijker voor mensen, dieren en het milieu.
Straatverlichting als beloning
De gemeente El Congo, die het grootste deel van het gebied rondom het meer beslaat, wil met lokale bedrijven tot een oplossing komen. Het dumpen van afval in stortplaatsen is een groot probleem volgens de burgemeester van El Congo. Restaurants krijgen afvalbakken van de gemeente. En toeristische ondernemingen kunnen rekenen op straatverlichting als beloning voor het afvalvrij houden van het meer. Daarnaast wil de gemeente de inwoners en restauranteigenaars voorlichten over het gebruik van septic tanks om de afvalwaterproblematiek op te lossen. De gemeente werkt ook aan een verordening om sancties op te leggen voor het dumpen van afval in of rondom het meer.
Biobardas
De stichting Coatepeque werkt samen met het departement van Santa Ana (waar de gemeente El Congo onder valt) aan het opzetten van een wekelijkse afvalophaaldienst. Dat is ingewikkeld doordat Santa Ana geen kadaster over het gebied heeft, en daardoor geen belasting kan innen voor het opzetten van een efficiënte afvalverwerkingsdienst.
De stichting plaatste ook een recyclingsinstallatie voor de verkoop van het door de inwoners verzamelde plastic, glas en karton. Dit draagt bij aan het verminderen van het afval. Een deel van het verzamelde plastic wordt gebruikt voor het maken van biobardas: versperringen gemaakt van duizenden plastic flessen, samengebonden in netten die tubes vormen. Door de biobardas op het water te leggen, zal het afval zich niet verder verplaatsen door het water. Omdat het afval zich ophoopt tegen de biobarda, is het makkelijk om het te verzamelen.
In de toekomst wil de stichting dat nationale en internationale private ondernemingen deelnemen aan het project ‘Kilómetros por Limpieza’ (kilometers voor schoonmaak) door een kilometer straat te adopteren en de schoonmaak ervan te sponsoren. Een lange straat van zeventien kilometer geeft toegang tot Coatepeque. Een vergelijkbaar project in Costa del Sol, in het kustgebied van El Salvador, kon rekenen op veel steun. Dat project werd een groot succes.
Toekomst
Feit blijft dat de bewoners rondom Coatepeque het afvalprobleem grotendeels zelf moeten oplossen. Met moeite lukt het om steun van de gemeente en het district te krijgen. De stichting geeft niet op en ziet wel voortuitgang in haar samenwerking met de lokale autoriteiten. En de jongste inwoners van Coatepeque leren op school op een nieuwe manier naar het meer te kijken: iets om te beschermen en te koesteren. Ze werken aan recyclingsprogramma’s en leren hoe het water schoon te houden. Zij zijn de toekomst. Het is nog niet té laat voor Coatepeque: als bewustwording en daadkracht samengaan, kan het blauwe kratermeer nog worden gered.
Deze bijdrage vormt onderdeel van de Special El Salvador voorjaar 2020