Hedendaagse kunst uit Brazilië in Nederland
Deze zomer zijn in Nederland twee grote overzichtstentoonstellingen met hedendaagse Braziliaanse kunst te zien. De exposities geven een divers beeld, met materialen als bakstenen, winkelwagentjes, emmers water, maar ook ‘gewoon’ olieverf. Oude en nieuwe maatschappelijke problemen worden onder de aandacht gebracht, zij het op een luchtige en symbolische manier.
Sinds 20 mei is in Kunsthal Kade in Amersfoort de tentoonstelling Soft Power. Arte Brasil te zien. Een week later opende in Den Haag, in museum Beelden aan Zee en op het Lange Voorhout, Brasil, Beleza?! – eveneens gericht op hedendaagse kunst uit Brazilië. De tentoonstellingen hebben veel overeenkomsten, maar ook belangrijke verschillen. De belangrijkste is wellicht dat de Haagse exposities zich specifiek op beeldhouwkunst richten – hoewel dit wel in brede zin wordt opgevat. Een tweede belangrijk verschil is dat de tentoonstelling in Amersfoort meer expliciete politieke verwijzingen heeft, bijvoorbeeld naar politiegeweld of de huidige impeachmentprocedure van Dilma Rousseff.
Tralies
Beide tentoonstellingen willen nadrukkelijk verder kijken dan het standaardbeeld dat veel mensen van Brazilië en Braziliaanse kunst hebben. De clichés van het land zijn bekend: zon, strand, carnaval, voetbal en misschien geweld. Ook de Braziliaanse hedendaagse kunst heeft een duidelijke reputatie: kleurrijk, esthetisch en vaak participatief. Zeker in Beelden aan Zee zijn veel werken te zien die op het eerste gezicht niet heel ‘Braziliaans’ aandoen. Ze bouwen meer op een internationale, conceptuele beeldtaal. De invloed van Marcel Duchamps readymades (voorwerpen uit het dagelijks leven die in een museum worden tentoongesteld) is duidelijk aanwezig.
Vaak zit daar echter wel weer een lokaal probleem achter. Raul Mourão bijvoorbeeld toont geometrische, stalen figuren die doen denken aan minimal art. Ze verwijzen echter naar Braziliaanse steden, waar de rijken zich steeds meer verschansen achter tralies. In Kunsthal Kade zien we emmers met kleine laagjes water, die af en toe verstoord worden door geluid uit luidsprekers op de bodem. Dit werk van Gisela Motta en Leandro Lima blijkt een verwijzing naar het watertekort in de staat São Paulo.
Kleurrijk en sociaal
Toch zijn er ook meer ‘typisch Braziliaanse’ werken te zien. Sonia Gomes, bijvoorbeeld, in Beelden aan Zee, maakt organisch gevormde, kleurrijke objecten van gerecyclede stof. Soortgelijk werk – eveneens felgekleurde, ronde vormen van geknoopt touw – maakt Maria Nepomuceno, te zien in Kunsthal Kade. Voor beide kunstenaars is deelname van het publiek belangrijk. Gomes maakt alleen gebruik van gerecyclede materialen die mensen haar doneren. Nepomuceno vraagt regelmatig hulp bij haar tijdrovende knoopwerk, zowel van inheemse bevolkingsgroepen als van westerse museumbezoekers. Helaas kunnen toeschouwers in deze tentoonstellingen niet op zo’n directe manier bijdragen.
Wel hebben we met deze participatie een ander typisch kenmerk van de Braziliaanse kunst te pakken. In de jaren zestig zagen de invloedrijke en inmiddels wereldberoemde kunstenaars Helio Oiticica en Lygia Clark een actieve rol voor de toeschouwer, bijvoorbeeld door installaties waar je in kunt of voorwerpen om mee te spelen. De erfenis hiervan is te zien in het werk van collectief Opavivará, te zien in beiden tentoonstellingen. Hun installaties willen een sociale ontmoeting faciliteren – tussen kunstenaars en bezoekers, maar ook bezoekers onderling – bijvoorbeeld met een kar waar je thee kunt drinken, of strandstoelen waar je lekker kunt gaan zitten. Helaas is zulk werk, waar je als toeschouwer actief meedoet, op beide tentoonstellingen maar mondjesmaat aanwezig. Grote installaties waar je als toeschouwer in kunt – zoals het werk van Ernesto Neto dat in 2009 in Rotterdam te zien was – blijven achterwege.
Eixo
Cruciaal als het gaat om Braziliaanse clichés is ook de zogeheten eixo (as) van Rio de Janeiro en São Paulo, door Amanda Brandellero genoemd in beide tentoonstellingscatalogi. De Braziliaanse kunstwereld concentreert zich in deze steden, maar op deze exposities zijn ook veel kunstenaars uit andere gebieden te zien. Bijvoorbeeld Jonathas de Andrade, uit Recife. In Kunsthal Kade bedekt hij een grote, centrale wand met teksten en foto’s over het verbod op de traditionele, door paarden getrokken voertuigen in die stad. Om dit verbod, dat grote gevolgen had voor de arme bevolking, te bekritiseren organiseerde hij een race door de stad met deze karren.
De Andrades installatie is een van de meer expliciet politieke werken. Toch komt sociale en raciale ongelijkheid vaker terug, met name in de tentoonstelling in Amersfoort. Zo toont Paulo Nazareth een video waarin hij zichzelf bedekt met schedels. Hij ging hiervoor naar het Crime Museum in Salvador de Bahia, waar skeletten van de inheemse bevolking, ooit verzameld voor ‘wetenschappelijke doeleinden’, nog altijd bewaard worden. Thiago Martins de Melo zoekt zijn inspiratie in de ongelijkheden van hedendaags Brazilië. Zijn grote olieverfschilderij – geschilderd speciaal voor deze tentoonstelling – becommentarieert politiegeweld tegen de inheemse en Afro-Braziliaanse bevolking.
City of walls
De stad is een ander terugkerend thema, bijvoorbeeld in het werk van Marcelo Cidade. Op het Lange Voorhout toont hij een vierkante constructie van stalen winkelrolluiken waarop aan de binnenkant graffiti is aangebracht. Even verderop zien we het werk Muur, van Eduardo Coimbra, een gekromde muur die loos in de ruimte staat. De kunstenaar wil nadruk leggen op de fysieke en ideologische grenzen en beperkingen die nog altijd belangrijk zijn in de Braziliaanse maatschappij.
Over die grenzen publiceerde de Braziliaanse antropologe Teresa Caldeira in 2000 het boek City of Walls, verwijzend naar de sterke segregatie tussen arm en rijk in São Paulo. We zagen het al in Mourão’s werk: rijke Brazilianen verstoppen zich steeds vaker achter muren en tralies. Gek genoeg wordt de angst voor geweld hierdoor alleen maar groter.
In Kunsthal Kade zijn muren een rode draad door de tentoonstelling. Ze symboliseren niet alleen het probleem van ongelijkheid, maar juist ook de reactie van de kunst daarop. Dit zien we bijvoorbeeld in het werk van graffitikunstenaar Angelo Campos, afkomstig uit de favela Vila Cruzeiro in Rio de Janeiro (lees hier ook een interview met hem). Hij wil met kunst een positieve maar kritische reactie geven op het geweld in zijn wijk. Overigens is het – als je het hebt over muren die scheiden – wel opvallend dat de enige kunstenaar in de tentoonstelling die uit een favela komt niet in maar buiten het museum getoond wordt.
Achtergronden
Context bij de tentoonstellingen wordt geboden in de bijbehorende catalogi. Die van Kunsthal Kade is niet traditioneel, het is een gratis verkrijgbare krant met verschillende teksten over de kunstenaars en de Braziliaanse kunst meer algemeen. Beelden aan Zee verkoopt een uitgebreidere catalogus, wederom met een aantal teksten en ook veel foto’s. De geschiedenis van de Braziliaanse kunst is een belangrijk thema in beide catalogi. Ook wordt ingegaan op de oude en nieuwe maatschappelijke problemen die deze werken aan de kaak stellen. Dit is vooral bij de meer conceptuele werken, die voor een Nederlands publiek moeilijk te begrijpen zijn, geen overbodige luxe.
Maar ook als je geen zin hebt je in deze problematiek te verdiepen is er genoeg te zien op deze tentoonstellingen. De beleza (schoonheid) uit de titel van de Haagse tentoonstelling is in beide tentoonstellingen aanwezig. De genoemde werken van Gomes en Nemopuceno bijvoorbeeld. Persoonlijk favoriet op het Lange Voorhout is het werk van Opavivará, een cirkel van grote, dichte planten waar je tussendoor moet glippen en vervolgens in een vrolijk gekleurde strandstoel kan gaan zitten. Ook het werk van Sandra Cinto in Kunsthal Kade zal veel mensen aanspreken. Haar grote, zeer nauwkeurige pentekening van een golvende zee op een zwarte wand is een lust voor het oog.
Diversiteit
Het is dan ook vooral de diversiteit – als kenmerk van Brazilië en haar kunst – die deze tentoonstellingen de moeite waard maakt. Esthetisch en politiek. Hoopvol en kritisch. Schoonheid en macht. Belangrijk daarbij is dat zowel de mooie als de minder mooie kanten van die diversiteit worden getoond. Dit is namelijk een ook kenmerk van Brazilië dat vaak geïdealiseerd wordt, bijvoorbeeld in het idee van een ‘raciale democratie’ waar geen racisme zou bestaan. Dit beeld van Brazilië blijkt nog altijd gevaarlijk dichtbij. Zo zegt kunstenaar Eduardo Coimbra in de catalogus van Beelden aan Zee: “De ware schoonheid die we in Brazilië kunnen vinden is juist de diversiteit die we hebben en het talent om te leven met de verschillen.” Misschien, zo lijkt vooral Kunsthal Kade te zeggen, maar net zo belangrijk is het te tonen hoe die zo gewaarde mengelmoes van mensen en ideeën nog altijd door fysieke en symbolische muren gescheiden wordt gehouden.
Soft Power. Arte Brasil is nog tot en met 28 augustus te zien in Kunsthal Kade, Amersfoort. Brazil, Beleza?! is tot en met 2 oktober te zien in Beelden aan Zee. De beelden op het Lange Voorhout blijven tot 21 augustus staan.
Dit artikel is onderdeel van de Brazilië zomerspecial 2016