Kunst & Cultuur

De grote vraag die niemand zich stelt

21 juni 2022

Mark Weenink

Interview met de Colombiaanse schrijver Azriel Bibliowicz over zijn roman Broodkruim

Achter in de roman Broodkruim (Migas de pan) van Azriel Bibliowicz (1949) staat een gedetailleerde plattegrond van het huis waar het verhaal zich grotendeels afspeelt. “Het grappige is dat door de tekeningen lezers het huis zijn gaan zoeken”, vertelt de Colombiaanse auteur in een online interview vanuit zijn woonplaats Bogotá. “Waar is dat huis nou precies, vragen ze dan”, zegt Bibliowicz. Een groter compliment als schrijver kun je natuurlijk niet krijgen. “Maar het is natuurlijk onvindbaar. Het is fictie.”

Ik betrap me er zelf ook op dat we praten alsof de personages echte mensen zijn. Het verhaal gaat over het joodse gezin van Josué en Leah en hun volwassen zoon Samuel. Samuel keert terug vanuit zijn woonplaats New York naar Colombia, omdat zijn vader is ontvoerd.

Bibliowicz vertelt: “Dit verhaal gaat over twee slachtoffers van de oorlog. Leah overleeft Auschwitz, Josué overleeft een werkkamp in de Goelag in Siberië. Plekken waar de meest verschrikkelijke dingen gebeuren. Eind jaren veertig van de vorige eeuw komen ze aan in Colombia en stichten ze een gezin. Met anderen bouwen ze een joodse gemeente op. Hun leven staat op zijn kop als Josué eind jaren tachtig wordt ontvoerd.”

Bibliowicz publiceerde in 2013 met Migas de pan een unieke combinatie van twee verhalen, twee continenten, waarin de Colombiaanse ontvoeringsproblematiek, de Holocaust en het doorgeven van een trauma aan de tweede generatie samenkomen.

Wonderkabinet

De wereld die Bibliowicz beschrijft, staat dichtbij zijn generatie. “Ik vind de moeilijke relatie tussen ouders die de Holocaust hebben meegemaakt en hun kinderen interessant. Veel van mijn klasgenoten zaten in die situatie. De schaduw van de Holocaust omringt die tweede generatie ook. Ik heb het geluk gehad dat mijn ouders de Holocaust niet hebben beleefd. Mijn joods-Poolse grootouders zijn al in de jaren twintig naar Colombia geëmigreerd en mijn beide ouders zijn in Colombia geboren.”

In het verhaal wordt Josué door een vrouw ten onrechte ervan beschuldigd een collaborateur van de nazi’s te zijn. “Voor een jood is er niets ergers dan dat. Josué heeft Siberië overleefd, maar tegen dit gerucht weet hij zich niet te verweren. Als reactie op dit pijnlijke incident neemt hij de drastische beslissing om zichzelf ‘op te sluiten’. In huis creëert hij zijn eigen wereld, dat hij ‘wonderkabinet’ noemt, die de eerste verdieping in beslag neemt en uit verschillende ruimtes bestaat.”

Waarom noemt Josué zijn zelfgecreëerde plek het wonderkabinet? “Dit fenomeen wordt geboren in de zeventiende eeuw, het zijn voorlopers van musea. De verschillende kamers hebben sterke culturele referenties. In dit geval gaat het om de verzameling van Josué, waarin concepten als het geheugen, het woord, de natuur, de tijd fundamenteel zijn. Als je erover nadenkt, zijn dat ook elementen van de literatuur zelf. Het kabinet is een wereld van verbeelding, kinderen zijn de enigen die het mogen betreden. Het is geen wereld van rijkdom, maar van een andere kijk op de realiteit.”

Spiegel

Waarom heeft Leah een hekel aan het wonderkabinet? “Ze is te getraumatiseerd om het kabinet te betreden, de ruimtes die haar man opslokken. Josué is een aparte, moeilijke man, die zich opsluit. Na het trauma van het concentratiekamp accepteert ze met hem naar Zuid-Amerika te gaan, ze heeft geen familie. Ze hebben een moeizame relatie, communiceren weinig. Gelukkig kan ze zich omringen met vrienden.”

Bibliowicz analyseert met dit boek het drama van de tweede generatie, “want het is alsof de oorlog doorgaat. Een andere, persoonlijke reden is dat Colombia zelf een intense oorlog heeft meegemaakt. De grote vraag die hier in Colombia niemand zich stelt: wat gebeurt er met de tweede generatie? Wat gebeurt er met een zoon uit een gezin dat op het platteland de oorlog heeft meegemaakt?”

“Ons conflict vergezelt je, blijft bij je, niet alleen bij de eerste maar ook bij de tweede generatie. Colombia is een raar land, want de oorlog, het geweld en het sociale conflict voel je niet de steden, maar op het platteland. Wat je wel in de steden voelt, is de enorme migratie, van mensen die het platteland moeten ontvluchten. Ik geloof dat Colombia een heel getraumatiseerd land is. Ik gebruik de Holocaust als een spiegel om Colombia te bekijken. Wat gebeurt er als je kind bent van de Holocaust of de oorlog? Dat wil ik onderzoeken.”

Dubbele gevangenschap

“Eind jaren tachtig van de vorige eeuw is Colombia het land met het hoogste aantal ontvoeringen per jaar ter wereld”, doceert Bibliowicz. “Mijn roman gaat over een dubbele gevangenschap in een leven. Josué is slachtoffer van een Goelagkamp en daarna van een ontvoering in Colombia. Zoiets gebeurt alleen in Colombia. Je kunt zo maar ontvoerd worden en je weet niet door wie: guerrilla, drugskartels, paramilitairen, gewone criminelen, iedereen die zich eraan schuldig maakt om hun oorlog te financieren. Josué weet ook niet wie zijn ontvoerders zijn.”

“In Colombia hebben joden veel te maken gehad met ontvoering ”, stelt Bibliowicz. “Joodse families zijn relatief vaak het slachtoffer van ontvoering geweest, omdat ze snel onderhandelen met de ontvoerders. Vijfentwintig procent van joodse gemeenschap is slachtoffer geworden van ontvoering, een ongekend hoog percentage. Ze zijn erom weggeëmigreerd van Colombia. Of de eerste generatie blijft, en die stuurt de tweede generatie, hun kinderen, naar het buitenland om te studeren. Samuel blijft ook na zijn studie in de Verenigde Staten en bouwt daar een leven op. Hij keert terug naar Colombia om zijn vader vrij te krijgen. Alsof je niet kunt ontsnappen aan Colombia.”

Alfaqueque

De roman speelt zich af in 1989, een tijdperk zonder mobiele telefoons. “Samuel wil de huistelefoon vrij houden voor het geval de ontvoerders bellen en kan daarom het huis niet uit. Het is beter om de politie er niet bij te betrekken. Dat is de ambiguïteit, de gekte van ontvoeringen. Er is veel wantrouwen naar de autoriteiten en tussen de mensen onderling die betrokken zijn bij de ontvoering.”

In het verhaal wordt er een comité samengesteld om te onderhandelen met de ontvoerders. We lezen de term alfaqueque, een persoon die de onderhandelingen voert. Aan dit figuur ontleende Bibliowicz de oorspronkelijke werktitel van de roman: El alfaqueque del gabinete de las maravillas. “Maar ik heb het aangepast naar Migas de pan, want brood was voor Josué van levensbelang in het kamp, het verbindt alles in het boek.”

Het onderhandelingscomité ruziet onderling. Zo is er Raúl Moser, die geld probeert te verdienen aan de ontvoering. Hoe zit dat? “Onderhandelen bij ontvoeringszaken wordt in Colombia handel. Samuel, zijn nicht Ester en Leah vragen Moser erbij, omdat hij ervaring heeft met onderhandelen in ontvoeringszaken. De situatie in Colombia ontspoort. Soms gaat het bij ontvoeringszaken over een of twee miljoen dollar. Daardoor krijg je mensen die een dubbelrol spelen. Onderhandelaars vervullen hun rol, maar ze verdienen er wel geld aan. Een Colombiaanse dichter merkte over mijn roman op dat het hoofdpersoon van het verhaal er is, maar hij is er toch niet. Hij is ontvoerd, de lezer leert hem kennen via de andere personages.”

Klei

In hoeverre zitten de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust in het collectieve geheugen van Colombia? Het is ver weg en lang geleden. “Ik denk dat Colombia een land is dat te veel aan navelstaren doet, want de sociale realiteit is heftig. Colombia heeft niet veel migranten ontvangen. Maar als het over de Tweede Wereldoorlog gaat, weet iedereen hoe het zit met de concentratiekampen. In dat opzicht heeft film veel daarvoor gedaan. Hollywood zou niet bestaan hebben zonder oorlogsfilms, met de nazi’s als een duidelijk kwaad. De Holocaust is een sterk referentiepunt, kijk wat er nu gebeurt met Rusland en Oekraïne. Het doet ons terug denken aan de tijd van de Tweede Wereldoorlog. Dat Poetin het in zijn hoofd haalt om de Oekraïners te vergelijken met de nazi’s, is ongehoord. Maar het laat zien dat we er als mensheid niet in slagen om het te laten verdwijnen.”

In de roman laat Bibliowicz aardewerken precolumbiaanse beeldjes die in het wonderkabinet staan met elkaar praten over de onwetendheid van Samuel, Ester en Leah, die erover denken om de collectie te verkopen om het losgeld bij elkaar te brengen. Een bewuste stijlkeuze van Bibliowicz. “In Colombia werd de precolombiaanse cultuur ondergewaardeerd. Colombia heeft een goudmuseum, maar dat had geen aardewerken voorwerpen van klei. Pas in de jaren zeventig, tachtig begon men aardewerken figuren te verzamelen in musea. In Mexico was dat bewustzijn er veel eerder. Goud blijft bron van problemen en conflicten. De dialoog tussen de beeldjes is om aan te geven dat klei ook van waarde is. De collectie van Josué is niet per een verzameling van rijkdom, maar een poging om de wereld beter te doorgronden. Hij begrijpt dat de mensheid een erfenis is die belangrijke dingen heeft verloren. Daarom creëert Josué dat kabinet, om ze te redden.”

Josué zegt dat een bibliotheek, een verzameling woorden, ons dingen doet afvragen. Wat wilt u dat de lezer zich afvraagt bij dit boek? “Ik denk dat er vele vragen zijn: wat gaat er met Samuel gebeuren, met Josué? Want van Josué is niet duidelijk of hij vrijkomt, of hij nog leeft. Ester is een hele intelligente dame, die zich bedenkt dat Josué misschien niet passief gaat zitten afwachten tot hij vrijkomt. Ze beschouwt de mogelijkheid dat hij in hongerstaking gaat en dat gaat natuurlijk tegen het belang van de ontvoerders in. Want bij een ontvoering is de ontvoerde handelswaar. Veel vragen blijven in de lucht hangen. De roman eindigt niet, maar besluit.”

Azriel Bibliowizc, Broodkruim, Meridiaan Uitgevers, Amsterdam, 2022, ISBN 9789493169678, 280 pag., €22,99, vertaling: Jos den Bekker

Broodkruim is vertaald in het Duits, Deens en Nederlands. Italiaans, Frans en Engels zijn onderweg. Lees ook onze recensie van Broodkruim.

Gerelateerde berichten

Schrijven zoals een vos

Schrijven zoals een vos

In de verhalenbundel Mond vol vogels van Samanta Schweblin (1978) krijgt elk personage te maken met het onverwachte, zo lezen we op de omslag. In twintig verhalen schetst de Argentijnse schrijfster verschillende werelden waarin personages het leven proberen te vatten en te beleven, soms in alledaagse situaties, soms in absurdistische omstandigheden. Schweblin woont in Berlijn. La Chispa interviewde haar per e-mail.

Lees meer
Argentijnse film Planta Permanente op 7 november in Amsterdam

Argentijnse film Planta Permanente op 7 november in Amsterdam

Op dinsdag 7 november is in de Openbare Bibliotheek Amsterdam de Argentijnse film Planta Permanente/The Lunchroom te zien. Onenigheid op de werkvloer en de manier waarop die wordt aangepakt zijn onderwerpen die in de film worden aangesneden. De film maakt duidelijk dat arbeidsconflicten geleidelijk aan minder zichtbaar zijn geworden, maar dat rechtvaardigheid nog altijd ver te zoeken is. De film wordt ingeleid door Saskia van Drunen, die in het artikel Tussen gerechtigheid en straffeloosheid de worsteling van Argentinië met het dictatoriale verleden belichtte. De vertoning van de film is een initiatief van het Instituto Cervantes en het Huelva Ibero-American Film Festival.

Lees meer
agsdix-null

Politiek & Maatschappij

agsdix-null

Kunst & Cultuur

agsdix-null

Vrije tijd & Toerisme

agsdix-null

Economie & Ondernemen

agsdix-null

Milieu en Natuur

agsdix-null

Onderzoek & Wetenschap

Blijf op de hoogte

Adverteren op onze website?

Dat kan! Tegen een scherp tarief plaatsen wij uw advertentie.

Ontvang onze nieuwsbrief

Schrijf u in en ontvang onze digitale nieuwsbrief met een overzicht van onze nieuwe artikelen.

Volg ons op social media

Wees als eerste op de hoogte van nieuwe artikelen en deel artikelen met uw netwerk.

Share This